Godgeleerdheid alleen voor
mannen? De Utrechtse hoogleraar Gisbertus Voetius, is zo onder de indruk van de talenten van Anna Maria van Schurman dat zij van hem mag studeren.
Ruim twee eeuwen voor Aletta Jacobs volgt Van Schurman colleges. Dat doet zij dan wel in een zaal van de universiteit waar een speciale opening is gemaakt die met textiel is bespannen. Door enkele gaten heen kan zij naar de betogen luisteren. Zo volgt zij de theologische disputen van haar tijd, waarin Voetius haar betrekt.
Anna Maria heeft nog meer
talenten: zij spreekt veel talen, tekent, borduurt en graveert.
Van de door haar hooggeachte theoloog en tevens van twee van zijn collega’s maakt zij portretten.
Voetius, Dematius en Schotanus verdedigen de orthodoxie binnen de gereformeerde kerk, wat aansluit bij Anna Maria’s
eigen geloofsideaal. Voetius blijft haar lange tijd als een trouwe vriend terzijde staan. In 1641 zendt hij een zelfportret van zijn vriendin aan de bekende staatsman Constantijn Huijgens.
Utrechtse predikanten vragen Anna Maria om haar internationale contacten te
gebruiken. Zo willen zij de welbespraakte Geneefse prediker Jean de Labadie overhalen een beroep aan te nemen naar Middelburg. Hij aanvaardt die benoeming.
Spoedig volgt Anna Maria hem naar Middelburg. Zij blijft haar hele leven een enthousiast aanhanger van de radicale prediker die naar een zuivere kerk streeft. Hij brengt haar, zoals ze zelf schrijft, ‘dat onvergelijke goet, dat ons tot die ware en volle kennisse van God, en van ons selven, ten hoogsten nodig is’.
Anna Maria’s geleerde belangstelling maakt steeds meer plaats voor praktische
vroomheid. Uiteindelijk volgt zij samen met andere aanhangers De Labadie naar
Amsterdam en later naar Herford en Altona. Na het overlijden van De Labadie trekt de mystieke sekte naar het Friese Wiewerd, waar Anna Maria in 1678 overlijdt, omringd door de zusters van de labadistische gemeenschap. π TK