Op 26 maart 2012 ben ik begonnen aan mijn voettocht naar Santiago, een week eerder dan ik gepland had omdat het de laatst dagen mooi weer was. Marieke, Carla en ik voorlopig bij mij thuis de laatste koffie gedronken en nog vlug even mijn eerst stempel gehaald op het gemeentehuis van mijn woonplaats Someren. Het eerste stuk Someren - Vise in België heb ik in het verleden al 2 keer gelopen vandaar ik me laat wegbrengen naar Vise waar mijn voettocht zal beginnen. Ik ben er helemaal klaar voor, alle spanningen zijn weg, gewoon lopen, 3 of 4 maanden lang. In Vise nog vlug wat foto’s gemaakt waar het pelgrimspad eindigt, een stempel gehaald op het gemeentehuis en op pad, nog 3 keer in de verte gezwaaid naar de 2 achterblijvers en dan alleen.
Ik heb me voorgenomen om de wandelroute te volgen van google tot aan Namen. Al vlug merk ik dat de 14 kg wegende rugzak echt zwaar is op mijn rug, spieren die ik nog nooit gevoeld heb spelen op maar mijn humeur is zo goed dat ik me daar zelfs niet om bekommer. In Halle loopt een jongeman 1 km met me mee, hij had onder werktijd een broodje gezond gehaald en ging nu weer werken, hij werkte mee aan de bouw van helikopters die speciaal gebouwd werden om te fotograferen, sprak geen Nederlands en dus een leuke conversatie Engels. In Luik door de kerk gesjokt maar niemand tegen gekomen om een stempel te zetten. Ik bedacht ook: wat raar als ik ga wandelen dat anderen een stempel voor me moeten zetten, ik moet er nog eens goed over nadenken.
Het was 16.00u dus midden op de dag, alle terrassen zaten vol, het was gezellig in Luik maar ik besluit om door te lopen. Ik had een adres in Engis en kon daar slapen maar kwam pas om 22.00u aan, allang donker en doodmoe maar werd er gastvrij ontvangen, na een biertje en een douche heerlijk geslapen. De volgende morgen na een stevig ontbijt en € 37,50 lichter om 9.00u weer op pad. Mijn gedachte was om lang onderweg te zijn en regelmatig te rusten want zwaar is het wel na die 37 km van gisteren. In Huy vind ik de route van de GR654 en besluit om die nu te blijven volgen ook al begint mijn boekje pas met de route in Namen. Het weer is prima, zonovergoten en een fris windje van achter, na de middag zelfs in de korte broek gelopen, het is druk langs de Maas veel scheepvaart en industrie. Als ik Namen nader bel ik Anne en die komt me afhalen bij het Casino. Anne is een leuke vrouw maar ook een beetje onzeker maar haar huis kuisen zoals de Belgen zeggen kan ze wel. Ze wil graag met me praten.
Na een goed ontbijt de mail nog even nagekeken en bovendien zag ik dat de site waar ik mijn verslag zou doen nog steeds niet werkte. Anne zwaaide me uit en meteen zat ik op de goede weg. Langs de Maas is het fijn wandelen en het schiet goed op, de zon schijnt weer en de koele wind van achteren, alweer een perfecte wandeldag, mijn voeten en heup doen minder pijn dus ik kan goed vooruit. Na 10km loopt iemand me achterop, Marco, hij vraagt of hij met me mee mag lopen en zal mij niet belasten met zijn problemen, maar je raakt aan de praat en naar Dinant is 25km, om kort te gaan hij is 40 jaar net voor de 2e maal gescheiden, ontslagen als verzekeringsagent en al zijn bezittingen gingen naar zijn partner zodat hij nu niets meer had, voor hobby maakte hij meubels van steigerplanken, hij begon aan de tocht in de hoop dat er iets positiefs uit voort zou komen. Blijkbaar was ie zo blij met het gesprek dat ie in Dinant, toen onze wegen scheidde, hij perse een foto en een mailadres wilde hebben en bleef maar aan het bedanken omdat mijn advies voor een andere levenswijze hem bijzonder aansprak. Ik heb nog 10 km gelopen en was ineens doodmoe en in de buurt was geen slaapgelegenheid. Ik had tenslotte mijn tent niet voor niets meegenomen en in een bocht van de Maas in het bos achter een stapel hout zette ik voor de eerste keer mijn tentje, had er een uur voor nodig voor dat ding stond en kroop met de kleren nog aan in mijn slaapzak en viel meteen in slaap.
Regelmatig werd ik wakker van de zere botten, draaide me dan om en sliep weer verder en zo wel 10 keer die nacht. Uiteindelijk toch tot 7.00u geslapen en om 8.00u weer op pad, Het was zeer koud, wit gevroren en na enkele uren was ik de weg kwijt, aan de hand van de zon de richting bepaalt en na 2 uur over velden en akkers gelopen te hebben bleek ik geen ongelijk te hebben, ik kwam weer op de route en kon ik de weg vervolgen. De GR route wijkt helemaal af van de Jacobsroute die ik nu aan het volgen ben. In Vireux vraag ik voor een slaapplaats bij de informatieen die sturen me naar een Gite waar ik voor € 30,- kan overnachten. Maar goed dat ik in Virvel vanmiddag friet gegeten heb want hier is niks te krijgen dus moet ik het met wat brood doen. Na een frisse douche voel ik me weer als herboren en kan nu meteen de was doen. Om 19.00u slaap ik als een os en slaap de klok rond tot de volgende morgen 7.00u. Dat is even bijslapen zoals ze zeggen. Om 9.00u weer op pad en even later achter me tuut-tuut-tuut. Het echtpaar dat ook in de Gite geslapen had wilde me wel een lift geven, verleidelijk maar ja, de tocht is nog maar net begonnen en dan heb je nog principes. De eigenaresse stopte ook nog even met haar auto, terug van het boodschappen doen om me nog een hand te geven en een goede reis te wensen. Ik wilde weer op de route komen van de GR maar het lukte niet, dus dan maar over de D1051 naar Rocroi, het is 14.00u en het is nog 15km, ik zie wel, het is een koude wind en geen zon, alles functioneert naar behoren behalve mijn rechter schouder, mijn hele arm doet zeer, maar goed dat lost de Heilige Jacobus wel weer een keertje op. In Rocroi ben ik nog net voor 18.00u bij de VVV en die hebben een adres waar ik voor €12,- in een caravan kan slapen. Een medewerkster brengt me met de auto er naar toe, een heel oud huis dat verbouwd wordt, een vrouw van 60 brengt me naar de kleine oude caravan achter in de tuin. Op het bed liggen stapels oude dekens en bid tot God dat ze geen honden of katten hebben. Ik leg mijn matje op de dekens en slaap in mijn slaapzak maar eerst loop ik terug naar het leuke vestigingsstadje Rocroi en eet bij deTurk een grote schotel shoarma met friet. Als ik in de slaapzak lig slaap ik weer als een os. De volgende morgen krijg ik mijn ontbijt in het oude huis en daar zag alles er netjes en prima uit. Alex, een oud marinier en nu chef bij Philips had in het huis geslapen. Na het ontbijt liep hij met me mee. Alex wist veel over zichzelf te zwetsen. Met zo’n goede baan kan je deze reis die €5000,- zal gaan kosten makkelijk betalen dacht ik maar Alex vond van niet. Zo kun je zien dat de mensen toch leven zoals ze verdienen. Hoe meer je hebt, hoe meer je ook nodig hebt. Om 11.50u moest hij rusten, hij was immers hartpatiënt en had adervernauwingen. Als ik een tijdje alleen verder ben gelopen raak ik de weg kwijt en ook nu weer blijf ik maar op de gok en mijn gevoel verder lopen. Uiteindelijk kom ik om 18.00u in een heel klein plaatsje maar zit dan weer op de route. Aan een jongen van een jaar of 14, die ik als enigste persoon zie vraag ik of er slaapgelegenheid is in het dorp. Hij denkt van wel maar dat moet ik aan de boer gaan vragen midden in het dorp, die heeft een blauwe auto voor de deur staan, dus dat is makkelijk te vinden. Als ik daar aankom hoor ik aan de overkant van de straat luide stemmen uit de schuur komen en ga er op af. Een jonge vrouw, Perrine van net 20 jaar, spreekt me in het Engels aan als ze merkt dat ik niet veel Frans spreek en ze stelt me gerust door te stellen dat ik altijd wel ergens kan slapen. Vanaf dat moment denk ik als er geen goede slaapplaats is blijf ik hier in de schuur liggen want er is stro en er staan koeien op stal en er is ruimte genoeg. Het wordt een vrolijke avond, iedereen heeft er aan een lange tafel gegeten en zit nu diep in het glaasje te kijken. Ook ik krijg een schotel aardappelen met spek en groente en ondanks dat het al koud is geworden smaakt het prima. Dan wordt mij rode en witte wijn aangeboden, champagne en tenslotte de brandewijn. We praten Frans, Duits en Engels maar de boer zelf vind dat ik dan maar Belgisch moet praten zodat hij het ook kan verstaan. Ik vind het goed en steek 2 vingers in de lucht en zeg hem dat ik dan de Nederlandse taal kies, hij komt niet meer bij van het lachen en schut me langdurig de hand. Hij was tegen de 50 jaar en woog wel 140 kg en een kop groter dan ik, een echte reus. Na 2uur gezellig borrelen vraagt Perinne me vriendelijk of ze me naar een slaapplaats moet brengen. Als ik opsta kan ik nauwelijks nog lopen van de drank, we lopen naar de ouders van Perinne, 3 huizen verder en die brengen mij naar een Gite. De overnachting kost € 38,- maar als ik het teveel vind rijden ze naar een andere die misschien goedkoper is maar dat wil ik natuurlijk niet, ze hebben al meer dan genoeg voor me gedaan. In mijn Gite waar ik nu ben is alles nieuw en mooi verbouwd. De vrouw sprak Duits en natuurlijk na een douche meteen in slaap gevallen en tot 8.00u geslapen. Na een zeer uitgebreid ontbijt ben ik na een uur weer op de route. Het is nog koud maar de zon schijnt weer en ik merk dan dat ik mijn pet bij de boer heb laten liggen. Ook ben ik in de veronderstelling dat ik mijn oplader van de telefoon vergeten ben maar er zit nog net genoeg power in de telefoon om Carla te laten weten dat ik niet meer te bereiken ben.
Ik loop hier op zondagmorgen 1 april door de heuvels van de Franse Ardennen, de zon schijnt , de vogels zingen, het jongvee is net in de wei, de houtwallen staan in bloei en het is of ik door een sprookje loop, ik krijg tranen in mijn ogen en mijn haren op mijn armen komen overeind. Nu weet ik het weer waarom ik dit doe, puur geluk, een hemels gevoel en zo loop ik nu vanaf een heuvel Signy l’Abaye binnen. In het dorp is een restaurant open maar blijkbaar is er een begrafenis of een feest. Ik zie iedereen in een strak zwart pak naar binnen gaan dus ik loop maar voorbij en na 1km ga ik in een wei mijn boterham met hazelnootpasta en een banaan eten. Nu komt me de zonnebrand toch goed van pas nu ik mijn petje gisteravond bij de boer heb laten liggen. Na amper 25 km kom ik in Lalobben en zie er een plaatje Gite dus maar meteen gevraagd om een slaapplaats maar die zit eigenlijk vol want hij heeft een hele groep te logeren. Spontaan springt de eigenaar in zijn auto en brengt mij 2 km verder naar een andere Gite. Het is een oud Amsterdams echtpaar van 79 en 75 jaar die hier een tweede woning hebben. We drinken samen in het zonnetje een pilsje en ze vertellen over hun zakenleven in Amsterdam toen ze nog een winkel hadden, zo ontspannen en super gezellig. Om 18.00u gaat mevrouw een pizza voor me bakken. Daarna maak ik alles klaar voor morgen zodat ik vroeg kan vertrekken en lig om 21.00u in mijn nestje.
Als ik om 5.00u wakker ben moet ik wachten tot het licht is om te vertrekken. Het is de bedoeling om in 2 dagen naar Reims te lopen maar het is nog 80 km en moet dan overnachten in Vieux les Asfalls. In het plaatselijke hotel kan ik overnachten, het was een prachtige wandeling, weer een zonovergoten dag langs een kanaal en natuurgebied. Het lopen gaat prima en ook het dragen van de rugzak maar mijn rechter schouder wordt een serieus probleem. Jammer want het neemt wat loopplezier weg. Ben vandaag op deze 43 km niemand tegengekomen. In het restaurant van het hotel kreeg ik avondeten; brood met worst en brie, rijst met kip, ruim voldoende om mijn honger te stillen. Ik had gevraagd of ik om 7.00u wilde ontbijten maar zit nu te wachten want in het hele gebouw is niemand. Mevrouw keek ook nogal bedenkelijk toen ik het over 7.00u had. Om 7.30u begint de koffiepot te pruttelen die op een tijdschakelaar was aangesloten en na enig speurwerk in de keuken vond ik een bord met brood en een pot honing. Nu er koffie was begon ik aan mijn eenvoudig ontbijtje en net toen ik klaar was kwam mevrouw aangereden en knikte goedkeurend toen ze zag dat ik gegeten had. Ik betaalde de rekening die ze netjes gespecificeerd had, €55,- en kon vertrekken. Het is nog 37 km naar Reims en het is weer stralend weer, onbewolkt een graad of 15 maar weer de koude oosten wind. Eerst gaat het nog 10 km langs het kanaal en dat gaat het weer de velden in, super grote akkers met veel koolzaad dat al flink in bloei staat en dat begin april.
Om 16.00u ben ik in Reims en koop eerst in een telefoon winkel een prepay kaartje voor mijn telefoon zodat ze me goedkoop kunnen bellen, overigens mijn oplader weer teruggevonden in mijn rugzak. Daarna ga ik naar de basiliek van Reims en vraag bij de VVV waar ik kan slapen. Meneer belt even of er nog plaats is en geeft dan de telefoon aan mij om verder af te spreken. Ik krijg een vrouw aan de telefoon die zegt dat ik meteen moet komen omdat er anders geen plaats meer is, nee de kerk moet ik morgen maar bezoeken. Het wordt voor mij de eerste keer dat ik in een jeugdherberg overnacht en moet de kamer delen met 2 andere mensen. Als ik op de kamer ben komt er een man binnen die er ook moet slapen, het is Jacques en komt uit de Gentianen van Son en Breugel. Hij vertelt dat hij onderweg Alex was tegen gekomen en die had verteld dat ik iedere dag 40 km liep, zo zie je maar dat je op moet letten wat je zegt maar ik heb nu 380 km gelopen in 9 dagen. Het werd heel gezellig, we hebben samen gegeten in de jeugdherberg en hebben nadien in een cafe een pilsje genomen. De volgende dag is hij vertrokken en ik ben naar de Notre Dame gegaan om te kijken of ik een stempel kon krijgen. Bij een farmacie mijn probleem van mijn schouder uitgelegd waarna de dame me een goed middel gaf, maar ik mocht het niet meer dan 5 dagen gebruiken. Het was een spuitbus met diclofenac. Ook heb ik een nagelknipper gekocht want mijn zakmes, waar een heel goed schaartje op zat, ben ik al dagen kwijt.
Vanavond ben ik moe aangekomen in Trepail. Als ik aan een man vraag waar een Gite te vinden is weet hij zeker dat er geen is in het dorp maar na enig speurwerk vind ik er 2 terwijl het maar een klein dorpje is. Ik neem mijn intrek bij een wat oudere vriendelijke vrouw die samen voor mij en haarzelf kookt. Met een glaasje rode wijn smaakt haar rijst met een roerbak ei uitstekend. Vanmorgen moet ik me haasten want mevrouw wil niet te laat komen op haar werk anders krijgt ze daar malheur. De kosten voor de overnachting zijn op vrijwillige basis ofwel een donatie dus ik maak er maar €20,- van.
Het is een donkere bewolkte dag en het lopen gaat uitstekend, ook heel plezierig in mijn eentje door de velden en kleine dorpjes waar niemand te zien is. Iedereen is aan het werk, op de druivenvelden of in de grotere steden. Laat in de middag kom ik in Chalon en Champange en ga naar de kathedraal. Maar dan blijkt dat het de verkeerde kerk is. Ik moet in de Notre Dame zijn want daar is iemand die je aan een slaapplaats helpt. Om 17.00u kom ik daar aan en er begint net een mis. Het is Witte Donderdag, dus ik moet 1 ½ uur wachten tot de mis afgelopen is om het aan iemand te vragen. Na de mis blijf ik wachten en een pastoorsmeid komt vragen of ze iets voor me kan doen. Jazeker, een slaapplaats natuurlijk. Ze vraagt aan een andere non of die me weg wil brengen en zo word ik netjes afgezet voor de deur van de jeugdherberg. Als ik binnenkom staat er een Amerikaan met 2 grote rugzakken te wachten. “Hallo ik ben Jim met mijn vriend”. Wat jouw vriend? je bedoelt Jacques, ik ken die hoed die op de rugzak zit en die is van Jacques. Even later kwam Jacques binnen en vertelt dat hij Jim gisteren tegen gekomen was en dat ze nu nog een paar dagen samen verder zouden lopen tot Jim een andere weg zou nemen naar Rome. Jim was leraar Engels en ik denk een jaar of 40. Ze hadden samen boodschappen gedaan en nodigden mij uit om mee te eten want ze hadden genoeg en met 3 was gezelliger. Pasta met varkensspek en een sausje, het smaakte goed en er was inderdaad genoeg. Wijntje erbij en druk gepraat, het was weer gezellig. We sliepen nu apart op een kamer en de volgende morgen waren ze al vertrokken toen ik opkwam. Nog koffie gedronken met een paar croissantjes en ook ik weer op pad. Het is een mooie dag, de eerste 20 km langs het kanaal schieten heel goed op. Het is heerlijk picknicken in de natuur bij deze temperatuur en een bescheiden zonnetje. Na de middag is het pad door de velden super om te lopen. Het druiven gebied van Reims is niet zo groot en ik loop nu weer door de immens grote graanakkers waar de tarwe prachtig staat te groeien en het koolzaad nu al flink in bloei komt terwijl het nog maar begin april is. Na ruim 40 km kom ik om 18.30u in Viky de Francois aan en ga bij de Mac eten en zoek daarna een slaapplaats. Dit keer wordt het een hotel maar ze zijn nogal duur nl. 62,-, maar ja, voor 1 keer. Het was een prima bed en vanmorgen een uitgebreid ontbijt gehad. Mijn inkopen gedaan op de markt die net begonnen was, wat brie gekocht, bij de bakker brood een paar bananen en weer op pad. Vanmorgen flink wat zon maar in de middag bewolkt en weer een koude noordenwind zodat ik toch mijn regenjas aan moet om me enigszins tegen de wind te beschermen. Het is niet zo’n mooie omgeving als gisteren en de weg is weer zeer slecht om te lopen. Op veel binnenwegen is nieuwe grind aangebracht en op die losse kiezel is het niet om te lopen. Vele kilometers heb ik nu al gehad en ieder steentje voel je, de tenen hebben nog het meeste te lijden. Maar na veel puffen en kruggen toch aangekomen in het kleine plaatsje Outines waar een boer ook een pension heeft en die heeft ook een schelp op de poort hangen als teken dat pelgrims welkom zijn. Het verbaast me dat de Camino, zoals de pelgrimstocht genoemd wordt, zo leeft onder de bevolking. Bijna iedereen die ik spreek vraagt eerst of ik een pelgrim ben en wenst me dan een goeie camino toe. Als ik bij de boer vraag of ik ook wat kan eten stelt mevrouw voor om samen met hen te eten. Natuurlijk is dat goed en na een douche en een uurtje slapen is het eten om 20.00u klaar. Het voorgerecht is een bord asperges gekookt met de schil er nog om in een sausje met brood, het smaakt nergens naar, maar ja op een ander moet je alles eten. Daarna kip met aardappelen en een toetje na en dat maakt alles weer goed. De man vertelde dat hij enkele jaren geleden in Breda bij de veiling op excursie was geweest, de veiling met de klok zoals wij die kennen hebben ze in het buitenland niet en is dus heel interessant voor hen. Na een goede nachtrust staat het ontbijt ‘s morgens om 8.30 klaar. De man heeft een boerderij van 200 ha en een grote schuur met mestvee net buiten het dorp. Ondanks dat het Pasen is was hij vanmorgen al voor dag en dauw met zijn trekker naar het land vertrokken. Als ik de afgesproken €55,- heb betaald en afscheid genomen heb ga ik om 9.00u weer op pad. De zon schijnt en de frisse noordenwind waait weer in mijn rug. Zo gaat het al 14 dagen, het weer verandert niet veel. Op deze prachtige 1e Paasdag loop ik weer door de velden en ben me bewust waarom dit zo leuk is om te doen. Door de inspanning van het lopen de prachtige omgeving en met niemand om me heen komen mijn hersenen weer helemaal tot rust, ik denk eigenlijk nergens meer aan, alles wordt zeer betrekkelijk, het veleden en de toekomst, de tijd komt stil te staan, alleen het genot van het moment, een complete rust ontstaat er in je kop waardoor ik een ultiem genot beleef en waar ik ook steeds vrolijker van word. Vroeg in de middag bereik ik Berriene en als ik het stadje binnen loop zie ik 2 hotels en zelfs de VVV is open op deze eerste Paasdag. Als ik er binnen loop staat er net een pelgrim aan de balie en een vriendelijke dame vraagt of ik bij hem hoor. Dat niet, maar de nederlands sprekende Belg die net onder Chaam woont legt het mij wel uit. Hij loopt van Vezulay naar huis en werkt als maatschappelijk werker voor inkomende en vertrekkende buitenlanders. Het is gezellig praten met Art. In het gemeenschapshuis waar we kunnen overnachten is alles ingericht voor pelgrims. Potten, pannen, bekers, een kooktoestel, koeken, rijst, blikken groente, koffie, we kunnen gewoon koken en er is genoeg te eten, er kunnen 3 pelgrims overnachten en alles is gratis. De volgende morgen komt de bakker, die ook in het gebouw zit, om 8.30u zijn winkel open doen, we eten er samen wat, kopen wat spullen voor onderweg en vervolgen beide onze eigen weg. Art naar huis, het noorden dus en ik natuurlijk naar het zuiden. Voor het eerst regent het wat maar dat mag geen naam hebben en na een uurtje is het ook weer droog. Het landschap begint te veranderen, eerst de Belgische en Franse Ardennen met veel bossen daarna de grote akkerbouwbedrijven en rond Reims de wijnbouw en nu begint het op het Brabantse landschap te lijken met bossen en weide. Bedrijven met melkkoeien maar ook met de witte Charleroi’s als mestvee.
Langzaam maar zeker begin ik te vlug moe te worden, ik ben te vaak aangewezen op wat de pot schaft en met brood alleen kan ik niet genoeg eten. Het is net allemaal een beetje te weinig, daar moet ik eens over nadenken om dat beter te doen.
Vanavond een slaapplaats gevonden in een Gite de France in Villeneuve au Chene. Als ik de prijs vraag duurt het even voor we het eens zijn maar ik zal niets tekort komen weet de man me te verzekeren. Dus neem ik zijn aanbod van €65,- tenslotte maar aan. Ik ben benieuwd wat voor avond het nu zal worden. Als ik beneden kom na een douche en wat gerust te hebben is de tafel gedekt en zit er nog een echtpaar als gast en natuurlijk het eigen gezin met oma en een dochter van een jaar of 10. Hij maakt waar wat ie gezegd heeft. Eerst een champagne met 4 cakejes met een moes, super lekker, dan een schnitzel met aardappelen en opgediend als in een 4 sterren restaurant, een paar rode wijntjes en ijs met aardbeien na. Het was werkelijk super. Iedereen aan tafel sprak Frans, ik kon de gesprekken niet volgen en na 2 uur tafelen viel ik aan tafel in slaap. Ze maakten me wakker en ben toen maar naar bed gegaan en ‘s morgens weer om 7.30u op. Mijn buikje goed vol gegeten en weer op pad. Het is een beetje regenachtig en daardoor heel zacht, heerlijk wandelweer. Ik loop een paar uur langs de Seine en krijg weer een gelukkig gevoel. Daarna door een bos ver weg van de bewoonde wereld weer uren niemand gezien. Plots kom ik bij een afgelegen boerderij in het bos. Het lijkt of de boerderij onbewoond is, geen sporen van activiteiten of bewoning maar wel 2 grote honden, 1 aan de ketting en de andere loopt los. Als gekken gaan ze te keer als ze mij zien en de duitse herder die los loopt komt met geweld op mij af. Als afwisseling heb ik een uurtje van te voren een dun stokje opgeraapt om er mee te lopen en het beschermt mij nu voor de hond. Ik wijk niet van mijn pad af en hou het stokje op de hond gericht maar sla er niet mee hoewel ik dat makkelijk zou kunnen want hij is maar 2 m van mij af. De hond gaat achter mij lopen maar ik hou de stok op hem gericht en loop achteruit. Hij laat onafgebroken zijn hele gebit zien maar komt niet verder dan het uiteinde van het stokje. Zo achtervolgt hij me een 50 meter en dan komt er langzaam meer afstand. Als ik na 10 minuten een km verder ben hoor ik het geblaf van de 2 honden nog door het bos galmen. Dan bedank ik de heilige Jacob die waarschijnlijk mij spontaan het stokje liet oprapen zonder dat daar toen nog enige reden voor was. Maar eigenaardig is het wel. Na 35 km kom ik bij de enigste Gite in een dorpje maar er hangt een plaatje op de deur dat ze vol zijn, er wordt zelfs niet open gedaan. Dat wordt lastig. Ik probeer naar een adres in het volgende dorp te bellen maar mijn telefoon werkt niet. Dan zie ik op de kerkdeur een oud briefje hangen, er staat alleen AMBRI op. In mijn route boekje staat dat het ook slaapplaatsen zijn in Frankrijk en meer weet ik niet. Achter de kerk staat een boerderij die afgesloten is met een muur met poort. De poort heeft een intercom en ik probeer om iemand te bereiken. Een vrouw vraagt wat ik wil en ik informeer waar de AMBRI is. Oh, de AMBRI is bij haar en als ik wilde slapen zou ze de poort wel open maken. Hoe gelukkig kan een mens worden om dat te horen. De vriendelijke vrouw legt mij uit wat AMBRI is en vraagt mij hoe ik weet dat zij dat doet want van dat briefje op de kerkdeur weet zij ook niets meer. Ze maakt het gezellig, geeft me koffie, laat me douchen en vraagt of ik haar computer wil gebruiken en we eten samen. Ik maak van de gelegenheid gebruik om enkele mensen mijn frans telefoon nummer door te geven, kunnen ze me bellen als ze willen want om onderweg mijn verslagen te tikken zie ik niet zitten en opschrijven moet je toch het een en ander anders weet je het na enkele dagen niet meer. De volgende morgen ontbijten we samen en ik neem afscheid. Als ik vraag wat ik moet betalen wijst ze naar boven en zegt dat God haar zal straffen als ze iets zou aannemen. Ik neem afscheid en loop de poort uit. Zij springt in haar auto en rijdt dezelfde weg die ik moet lopen. Na 2 km zie ik haar auto langs de weg staan en zie dat ze druiventakken aan het opbinden is. Er staat nu ook een man bij en als ik langs kom zwaaien we nog een laatste keer en verdwijn ik achter de heuvels. Het is een zware dag vandaag, ruim 40 km gelopen en er zitten flinke klimmen en dalen in. De dalen schieten goed op maar zijn zwaar, ze doen erg zeer aan de benen, ze moeten iedere keer die 15 kg bagage tegen houden en dat kost veel moeite. Links en rechts vallen flinke regenbuien en dat creëert een prachtige lucht, en ik, ik blijf gewoon droog en ik begin me nu toch af te vragen of ik echt door Jacobus beschermt word want zo lijkt het nu toch echt. Het geeft me ook steeds meer vertrouwen dat alles goed zal gaan en ik had het al zoveel. Om 18.00u kom in doodmoe in Tonnerre aan en daar maar het hotel genomen. Na het menu van de dag lig ik om 18.00u in bed en slaap als een os. Als ik de volgende morgen de stad uitloop zie ik niet goed welke weg ik moet nemen en na enige tijd zie ik dat het de verkeerde weg is. De route gaat over Ausserre maar ik loop recht naar Vezelay en omdat terug lopen tegen mijn principe is en alleen terug ga als er geen mogelijkheden meer zijn, loop ik nu ook door en zie wel waar ik uitkom. Na 10 km stopt er een auto en de man vraagt waar ik heen ga, hij knikt goedkeurend als ik zeg naar Santiago waarop hij mij uitlegt dat hij eerst naar Tonnerre boodschappen moet gaan doen, het plaatsje waar ik geslapen heb en als hij terugkomt zal hij me de weg wijzen, intussen kan ik gewoon de weg blijven volgen en ik loop ook gewoon door. ik loop door en hij rijdt weg, na een goed ½ uur stopt ie achter me en schrijft de namen op van de dorpen waar ik door moet. Maar dan bedenkt ie dat het middag is en dat er gegeten moet worden. Hij nodigt mij uit om bij hem te gaan eten en we rijden samen naar zijn boerderij die vlakbij is. De vrouw heeft een ovenschotel gehakt in tomaat klaargemaakt en het smaakt heerlijk, wat brood een wijntje en ik waan me weer als God in Frankrijk. Na het eten haalt de boer zijn aantekeningen van zijn tocht naar Santiago die hij in 2009 heeft gelopen, vol trots laat hij me alles zien en ook hij heeft er een mooi verslag van gemaakt. Dan zegt hij dat ie toch naar Vezelay moet en kan ik een stukje met hem mee rijden. Dit wil ik natuurlijk niet en sla de uitnodiging af, tot hij me aanbied om me op de goede weg te zetten waardoor ik de weg beter kan vinden. Daarmee stem ik in en we rijden een stukje de goed kant op. Als het nog 30km te gaan is nemen we afscheid en loop ik weer verder. Na 20km zie ik dat ik met een om weggetje weer op de oorspronkelijke route kan komen en dat ga ik doen. Ik vind de weg, loop een stukje in de verkeer richting maar ontdek het nog net op tijd en moet dan nog 20km onverharde weg volgen om in Vezelay aan te komen. Het laatste stuk is een flinke klim en als het bijna donker is kom ik bij de kerk van Vezelay. Doodmoe, kan niet meer op mijn benen staan, wordt ik opgevangen door een non die me ziet en brengt me naar een jonge pater die van mij alles wil weten, hoe en waarom ik de tocht loop en wat ik er van verwacht, moeilijke vragen voor mij want ik denk alleen maar aan een bed voor deze nacht. Als alle administratie afgehandeld is wijst hij me de jeugdherberg en die is aan de onderkant van het dorp, hij laat een foto van het gebouw zien, ik vind het wel en krijg een code om binnen te komen. Na de code te hebben ingedrukt kom ik in de keuken waar niemand is. Op de kamer staan 5 bedden en Pierre uit Utrecht wordt voor deze nacht mijn kamergenoot, hij is vandaag aangekomen en begint morgen aan zijn eerst dag van de Camino. Hij heeft een tas vol eten waar we met een Zuid Afrikaan die met de fiets door Europa aan het trekken is heerlijk van gegeten hebben. Iedereen gaat meteen slapen en de volgende morgen weer om 8.00u op. Na wat biscuitjes gegeten te hebben weer naar boven op de berg naar de grote basiliek omdat ik toch moet wachten tot 10.00u als de winkels open gaan. De basiliek is prachtig en ik neem te tijd om alles rustig te bekijken, onder het altaar is een grote kribbe waar relikwieën van Maria Magdalena in zijn opgeborgen. Als ik mijn nieuwe boekje heb gekocht en het oude opgestuurd naar huis ga ik om 11.00u weer op pad. Het wordt een zeer vermoeiende dag na de grote afstand van gisteren wat ik de hele dag blijf voelen. Er is een stuk van 15km bos en loop me verloren, dan toch maar terug, ben een uur verder als ik weer op dezelfde plaats ben, het is afzien en nergens een plaats om te overnachten. Om 18.00u kom ik in een plaatsje met een hotel, als ik er bijna ben wacht een fransman me op, die ik in Vezelay in de jeugdherberg gesproken had, hij had een goedkoop hotel, 2km van de route af maar dat trok ik niet meer, op dit moment waren de 2 km teveel voor mij. Ik neem het hotel waar ik was voor € 61,- en begin na de douche weer een beetje tot leven te komen. Bij de prijs was het eten inbegrepen en mevrouw maakte voor mij als enigste gast de kachel aan, want het was koud geworden. Het eten deed me goed, een kan wijn, brood met paté du chef, bami met een hele grote jambon met een lekkere saus en daarna een nagerechtje, allemaal erg lekker en veel, dit was wat ik nodig had. Na een goede nachtrust en een ruim voldoende ontbijt om 8.00u weer op stap, nog vlug bij de supermarkt wat eten ingeslagen en alles was weer Ok. Na 2 Km hoor ik in de verte iemand roepen, het kan niemand anders zijn dan de fransman. Ik wacht op hem en we lopen een klein uurtje samen, ik heb van hem nog een paar franse woordjes geleerd ( hij sprak ook een beetje Engels) maar het tempo van hem was nogal wat lager, zeker als het pad een steeg. We namen afscheid en ik liep door. In Varzy ben ik de weg kwijt en loop dan maar over de D117 die er vlak langs loopt. Na ruim 2uur lopen valt het me opeens op dat dat de zon achter mij staat en ik in de schaduw loop. Bij de eerste de beste mensen die tegen kom vraag ik waar de weg naar toe loopt. Het is wel de goede weg maar weer in de verkeerde richting, tja dan toch maar weer 2uur terug en neem daar in Varzy dan maar het hotel, het is te laat om nog verder te lopen. In het stadje slenter in nog wat rond en kom de fransman weer tegen, hij slaapt in hetzelfde hotel. We kijken samen welke weg we morgen moetenl hebben. Om 20.00u ga ik bij de Turk een broodje kebab eten, het is zoveel dat ik het bijna niet op kan maar met een pilsje lukt het toch. De volgende morgen ben ik al vroeg op en het ontbijt staat al klaar als ik beneden kom. Om 7.30u sta ik buiten om Varzy nu voorgoed te verlaten. Zo’n dag nodigt uit om eens lekker te wandelen. Eerst bossen daarna akkers en daarna weer bossen. Als ik het eerste bos uitkom loeit de wint zo hard dan ik moeite heb om op de weg te blijven met mijn rugzak, dit is gewoon storm en ijzig koud, ik trek alle kleren aan die ik bij me heb en het is eigenlijk nog iets te weinig. In het 2e bos gaat het beter omdat ik dan de wind pal achter me heb. In het boekje stond bij ´Rond de Reservee ABRI ouvert’, dus ik denk dat je daar dan kunt slapen maar het was letterlijk een open schuilplaats waar je niet kunt overnachten, dus maar weer verder lopen na deze 40 km. In La Vache is een chambres d’hotel en voor trekker heeft hij een paar stapelunits voor €20,- . Het kwam weer helemaal op het juiste moment voorbij. Het gewone dagmenu gegeten en mijn slaapzak in. De volgende morgen is het zonnig maar nog wel koud, de wind is ook niet zo koud en hard meer als gisteren. Om 11.00u kom ik in La Charite sur Loir. Als ik door enkele straatjes loop krijg ik het gevoel dat ik in het begin van de jaartelling aan het rondlopen ben. Hier heeft misschien de heilige Sint Jacobs zelf gelopen, het is heel uniek en leuk, een paar smalle straatjes met uitgesleten stenen en trappjes. De tocht gaat verder over goede paden, mooie bossen en prachtige vergezichten, ik ben weer helemaal gelukkig en merk op dat het weer een heel bepalende factor is voor mijn humeur. In de zon en uit de wind zitten te picknicken en bedenk dan dat het nog 30 km is naar Never maar ik besluit om daar toch te eindigen deze dag want daar kun je laat aankomen er is altijd een hotel waar je terecht kunt. Als ik om 15.00u even stop om te kijken hoever het nog is passeren me 3 dames en vragen of ik de weg kwijt ben, neer hoor niks kwijt, alleen nog 20km lopen, ze lopen een tijdje voor me maar slaan links af op een kruising waar ik rechts moet. Als ik in de buurt van Never ben en het niet zo ver meer is stopt een auto langs me en verbaast zie ik de 3 dames in de auto zitten. Ze vragen of ik mee wil rijden want een van hen woont in Nevers en die brengt de ander met de auto naar huis. Oh daar ben ik blij mee, hoef ik niet in de avond daar aan te komen. Ze overleggen met elkaar wat de beste plek is voor mij en zetten me daar af. Ik vraag of ze iet van mij willen drinken en als ik ingecheckt ben in het hotel gaan we samen naar een bar vlakbij. Ze stellen zichzelf uitgebreid voor en praten een beetje over de gewone dingen van het leven, na een half uurtje gaan ze weer verder. Na een douche in het hotel bij de Turk, die de dames mij aanbevolen hadden, een groenteschotel kebab gegeten en het was heerlijk. Vanmorgen naar de grot van Maria geweest, die ze nagebouwd hebben van Lourdes, want in Nevers ligt Bernadette opgebaart. Als ik na een ½ uur mijn weg gevonden heb loop ik langs de Loire naar het zuiden, het is zeer koud maar geen wind en als even later de zon wat krachtiger wordt is het heerlijk wandelweer. Tot de middag loop ik door prachtige natuurgebieden waar ik zoveel vogels hoor en zie zoals ik het nog nooit meegemaakt heb. Het lijkt wel of hier alle Europese zangvogels bij elkaar komen. Op een gegeven moment zit er een uiltje op de weg en als ik in de buurt kom kruipt ie in de struiken, waarschijnlijk aangevallen door een roofvogelen erg en verzwakt. Aan de oever van de l’Alier een zijtak van de Loire eet ik mijn middageten en ga weer 15km door natuurgebied. Moe kom ik in Sancoins aan waar ik een slaapplaats ga zoek. Het gemeentehuis is dicht en kan de Gite uit mijn boekje niet vinden, dan maar naar een hotel, maar de vrouw belt het gemeenthuis en na 10 min komt er iemand van de gemeente mij de sleutel brengen en kan ik voor €10,- in de Gite slapen. Uit sympathie ga ik bij het vrouwtje eten dat voor me gebeld had. De volgende morgen is het markt maar kan verder niets vinden om onderweg op het brood te doen alleen een blikje vis en dat eet ik al weken. De route gaat vandaag alleen maar langs een kanaal, wind van voren koud en af en toe een klein regenbuitje, dit is de eerste keer dat ik nat word dus moet daar gewoon niet over klagen en als het regent wordt het zelfs warmer. De weg is meestal door lang gras en dat loopt ook niet erg vlot, nee het is geen mooie dag. Rond de middag gaat de route even van het kanaal af en komt dan langs een Abri, ik loop voorbij maar de buurman van de Abri roept me terug en zegt dat ik er even uit moet rusten want daar zijn ze voor. Hij belt voor mij aan maar niemand doet open, Ja dan zal ze wel even boodschappen zijn doen, hij is helemaal teleurgesteld dat hij niets voor mij kon doen en verontschuldigd zich meerdere malen, ik ga weer verder. Moe en verkleumt kom ik na ruim 30km in Charenton du Cher. Op het gemeente huis een slaapplaats gevraagd en dat kon in het oude kasteel. Toen ik daar aankwam was er niemand en omdat het gemeentehuis inmiddels gesloten was bleef ik toch maar wachten. Na een uurtje kwam mevrouw thuis. Heel vriendelijk en met verontschuldiging dat ze er niet was, alsof het haar schuld was dat ik kwam logeren. We maakten samen het bed op want de lakens lagen er nog van de vorige. Om 20.00u hebben we samen gegeten, een lekkere soep, een grote goede pizza en een puddinkje na en natuurlijk met een glaasje rode wijn. Met korte zinnetje konden we toch een beetje praten. De volgende morgen samen ontbeten en weer was ze zorgzaam en opgewekt. Na €25,- te hebben afgerekend namen we afscheid en ging mijn tocht weer verder. Het weer was nu een stuk beter, de wind is gaan liggen en dat is heel bepalend voor mijn humeur. Wel trekken er zware buien over maar ik loop nog steeds droog. Als ik ‘s middags in Sint Amand Montrond aankom vraag ik in het café of ik iets kan eten maar de restaurants zijn een paar straten verder. Daar laat ik het broodje kebab goed smaken. Na een uurtje in St Amand Montrond te zijn geweest ga ik weer verder. Maar dan wordt mijn regen preventie op de proef gesteld, met bakken komt het omlaag, regen hagel echt noodweer maar het lijkt of ik heb nergens last van heb en loop gewoon door. Als na een uurtje als de bui over is blijkt de rugzak goed dicht met de cuver erover maar mijn jasje laat toch nogal wat water door. Zowaar even later schijnt de zon en is het weer volop lente. De bomen krijgen meer blad het gras wordt langer en het is zacht. Dit gebied heeft veel kleine percelen afgebakend met hegge zoals je die in Schotland ook ziet. Op een enkel tarweveld na is het merendeel weiland met zoogkoeien, dus de kalveren melken de koeien en het zijn allemaal Charleroi koeien . Ook zie ik veel paarden iets kleiner dan de onze met mooie dunne benen, pik zwarte en witte. Na bijna 40km om 18.00u in Ardenai aangekomen, vraag ik in het café naar een slaapplaats en meteen komt er een man naar me toe en zegt dat je dan bij hem moet zijn, hij heeft plaats voor pelgrims en het is maar 1.6km verder en bovendien is er al iemand en die zal wel voor mij koken. Terwijl hij zelf weer aan de toog gaat zitten loop ik naar zijn huis. Een fransman van een jaar of 35 doet open en heet me welkom, hij wijst alles hoe het werkt en ik vertel dat de baas heeft gezegd dat hij voor mij zal koken. Hij kijkt een beetje argwanend want daar geloofd hij niets van. Om 20.00u gaan we samen koken, rijst met pasta en erwtjes met worteltjes. Als we klaar zijn ziet hij wel dat het niet genoeg is geweest dus maken we nog een blik met bonen en worst open. De eigenaar komt thuis en brengt zijn zoon (40)die erlangs woont mee. Het is even heel gezellig in het kleine keukentje. De volgende morgen na het ontbijt komt de man met een fototoestel en wil ons op de foto, want iedereen die langs komt moet op de foto en komt met naam en foto in het boek zodat iedereen kan zien wie er geweest is. Toen ik wegging en weer op de route kwam liep ik weer de verkeerde kant op en kwam langs het café waar ik gisteren die man trof, weer een uur voor niks gelopen. Het weer wil nog steeds niet veranderen, soms wat winderig, erg bewolkt en regelmatig buien maar ik hielt het tot aankomst als bij een wonder weer droog. In deze streek weer veel Charleroi koeien, geen dikbilachtige maar super mooi slachtvee, meestal in groepen van 20 tot 50 stuks. Vanmiddag in Chatelet naar de bakker geweest en in het café een kop koffie gedronken en daar trof ik mijn kok van gisteren. Ik liep alleen verder en na een uurtje nam ik uitgebreid mijn lunch in een washok van vroeger, ze worden overal gerestaureerd in Frankrijk, het zijn goede schuilplaatsen als het regent en het hoort bij Frankrijk. Om 3uur wordt ik ingehaald door mijn kok net toen ik wat aan het drinken was. Later haalde ik hem in omdat hij overal aan het fotograferen is waardoor ik als eerste in Chateaumeillant aankom. Hij had telefonisch al een slaapplaats geregeld in de gite en daar kan ik ook terecht voor €13,-. We zouden samen gaan eten, ik ga eerst doechen en hij gaat boodschappen doen maar na een uurtje komt mijn kok terug van het stadje en heeft een tas vol eten bij zich. Het restaurant is vanavond dicht waardoor hij in de supermarkt eten voor ons heeft gekocht. Daar ben ik wel erg blij mee. Samen eten we het op in de keuken van de Gite waar anders ook niemand is. De volgende morgen nodig ik hem uit om samen te gaan eten in de bar nadat we eerst nog wat inkopen hebben gedaan bij de bakker. In de bar drinken we koffie maar ik krijg de kans niet om te betalen, geen prettig gevoel. Dan gaan we weer verder, ik neem de GR654 die ik altijd volg maar hij neemt een kortere weg. Ik denk die zie ik wel weer in de volgende Gite. Na een ½ uurtje lopen een plensbui en ook ik snij een stukje af . Als ik ’s middags goed gegeten heb hoef ik me niet meer te haasten en loop op mijn dooie akkertje naar Le Charte. Loop naar de VVV maar er is geen Gite, dus zie ik mijn kok ook niet meer. Ik kan in de stad bij een Chambres d’hotel terecht voor €40,-en heb nu wel tijd om in het stadje rond te lopen. Als ik een kopje koffie drink zie ik 2 dames met bepakking en hetzelfde boek als ik dus vraag aan hen of ze ook naar Santiago gaan. De ene dame komt uit Luik en de andere uit Lion. Ze spreken geen Nederlands maar beide wel Engels. Ze zijn gewoon een paar weken op vakantie en lopen nu een stukje van de route. Ze hebben 5 km verder een slaapplaats , we praten nog een kwartiertje en gaan dan weer verder. Ondanks de 2 grote regenbuien was vooral het laatste stuk mooi om te lopen. Voor het eerst heb ik nu Limousines gezien, de vaal rode koeien worden net zo dik als de Charleroi maar zijn iets fijner van bouw waardoor het vlees meer doorregen is met vet. Prachtig om te zien zo’n kudde koeien in de malse weide omheind door grillig lopende houtwallen van 2m hoog. Ik ga nu eens kijken of ik nog wat avondeten kan vinden nu ik mijn kok weer kwijt ben. In het Italiaans restaurant is het gezellig druk en kon er voor €12,50 mijn buik goed vol eten. De volgende morgen samen met Maria de eigenaresse in de Chambres d’hotel het ontbijt gehad en weer om 8.30u vertrokken. Het was bewolkt maar af en toe ook zon. Het liep goed in een mooie omgeving. In Sarzay koffie gedronken maar toen ik wegging begon het te regenen dus maar even terug naar het café waar ik voor mijn koffie de halve prijs hoefde te betalen omdat ik pelgrim was. Het lopen gaat makkelijk vandaag en nog steeds dezelfde omgeving, weiland met hegge afgezet. Als ik na 23 km in Neuvy Saint Sepulchre aankom begint het net weer te regenen en staan de 2 dames uit Metz en Luik die ik gisteravond gesproken heb te schuilen onder een afdak van een huis. Ik ga er bij staan en samen wachten we tot de bui over is en lopen dan samen naar het centrum Zij hebben honger en bestellen in het café een portie eten, ik neem alleen friet want ik heb net goed gegeten. De ene dame laat zich alles over de historie van het stadje uitleggen door de eigenaar van de bar terwijl ik met de andere zit te praten, ze woont in de buurt van Luik en vertelt wat ze ervan weet. Het blijk dat de kerk van het stadje rond 1100 nagebouwd is van de kerk in Jeruzalem en ze hebben toen zelfs de dezelfde materialen gebruikt die in Jeruzalem gehaald zijn. De dames blijven overnachten en gaan morgen weer naar huis en ik loop nog 10 km tot Cluis. Daar is weer een Gite voor pelgrims en als ik aankom zit mijn kok van 2 dagen geleden in het dakraam. Als we goed geïnstalleerd zijn gaan we samen eten maar de kok eet niet veel , ik snap niet hoe hij het vol houd om zoveel te lopen en weinig te eten maar hij is dan ook brood mager. De volgend morgen ga ik bij de bakker brood halen en wat beleg en als ik terug kom is mijn kok weg. Gisteren waren het nog buien maar vandaag is het constant regen maar om 9.00u toch op pad Net buiten het stadje kom ik bij een hoge brug die 2 bergen verbind en wel 300m lagen is. Er stroomt een heel klein riviertje of liever gezegd beekje onder, de brug is niet breder dan 4 meter en misschien wel 500jaar oud en nu alleen voor voetgangers in gebruik. Ik kom langs 2 grote kastelen maar zie er weinig van door de regen. De regen wordt stortregen en ik schuil even in een leegstaande boerderij langs de weg. Als ik wat gegeten heb en het is even iets minder ga ik weer verder. Bij Du Pond des Pilles kom ik langs een onbemande Gite. Ik bel het telefoon nummer dat in mijn boekje staat en ik kan als enigste gast overnachten. Een vrouw komt de sleutel brengen en ik ben blij dat ik voor €15,- kan overnachten. Na deze deprimerende dag ben ik blij dat ik toevallig verschillende telefoontjes krijg. Het breekt de avond want ik was al om 17.00u hier.
Vanmorgen na mijn laatste brood gegeten te hebben ga ik al om 8.00u op pad. Het regent een klein beetje en ik verwacht dat het de hele dag zo zal blijven. Dus ik doe de dunne poncho erover om niet zo nat te worden als gisteren, maar het wordt steeds droger en als ik om 13.00u in Crosant kom is het droog. Als ik verder wil lopen vandaag moet ik naar La Souterraine en dat is nog 33km en als het regent is dat teveel dus ik blijf in Crosant. Een oud vrouwtje uit de supermarkt wijst me waar ik de sleutel moet halen van de Gite waar ik voor €10,- kan overnachten. Ik haal bij haar wat eten voor vanavond en morgen zodat ik dan weer vroeg op pad kan. In het plaatsje is een ruïne van een groot sterk fort uit de 6e eeuw en daardoor zijn er nogal wat toeristen in dit plaatsje. Nu ik hier zo een halve dag heb rondgehangen ben ik alweer met mijn gedachten bij morgen. Nee lopen doe ik liever dat wil zeggen onderweg zijn. Ik heb nu wel de tijd om eens op te zoeken wat sommige woordjes betekenen die ik denk te herkennen. Ik begin er ook aan gewend te raken dat er in3 van de 4 plaatsen Gite municipal, het zijn gemeentelijke slaapzalen met 2 tot 20 bedden met matrassen zonder dekens, je gebruikt je eigen slaapzak en meestal zijn er douches en kookgelegenheid om je eigen kostje te verwarmen. De Gite van particulieren is veel duurder maar daar heb je ook veel meer comfort. Voor mij is het altijd weer een zoektocht of er een Gite in een plaatsje is, vragen op het gemeentehuis of de VVV of gewoon aan de mensen op straat. De prijs varieert van een donatie tot €15,- . In Noord Frankrijk was dat al maar na Vezelay is het veel nadrukkelijker in ieder dorp langs de route. Soms komen mensen naar je toe om te helpen met de weg, geven je drinken of wat dan ook of wensen je gewoon een ‘bon camino’ als ze zien dat je een pelgrim bent. Ik ben blij met mijn paar woordjes Frans maar vind het jammer dat ik het niet beter spreek. Na een mooie tocht vandaag ben ik aangekomen in La Souterraire. De man in de kerk verwees mij naar een Gite in het stadje. Het was een Engels echtpaar die 6jaar geleden naar Frankrijk gekomen waren, een oud huis gekocht hadden, zelf opgeknapt en nu ook pelgrims lieten overnachten. Het koste €40,- inclusief met het gezin mee eten. Op mijn kamer lag ook een Luxemburgs echtpaar en op de andere kamer een Hollander die van hier starten .De Luxemburgers waren vorig jaar hier gestrand omdat hij ziek werd en 2 weken niet zou kunnen lopen Ik was de enigste die mee dineerde. ‘s Morgens hebben we allen gezamenlijk ontbeten. Ook deze morgen regende het toen we vertrokken en de Luxemburger kon maar moeilijk een cuver over zijn rugzak krijgen, er zat 25kg in en daarmee wilde hij gaan lopen, ik denk niet dat hij daarmee ver is gekomen. Ik was blij dat het niet te koud was en nauwelijks wind. Om toch op tijd in Limoge te zijn als Marieke met haar 2 kinderen aankwamen nam ik de asfaltweg en niet de binnenpaden. Op de binnenwegen is het niet om te lopen met zoveel regen, je loopt steeds door het water en sommige stukken staan gewoon helemaal onder zodat je van de weg af moet om verder te komen. Er is de laatste tijd zoveel gevallen dat er grote stukken van in de kranten staan of het allemaal nog wel verwerkt kan worden. Toch is het een mooi gezicht de overvolle beken met zo’n hard stromend water.
Om 19.00u kom ik na 41km in de stromende regen te hebben gelopen in Ambazak en ik slaap in het enigste hotel. Het avondeten heb ik maar op mijn kamer genomen want ik had nog genoeg in mijn rugzak. Na het ontbijt ben ik maar weer opgestapt en dacht een makkelijke dag te hebben maar de 25 km langs een drukke weg waren niet gemakkelijk. Ik hoop als Marieke morgen komt met de nieuwe schoenen ik weer gewoon de GR654 kan volgen, want deze zijn helemaal losgelaten tussen zool en bovenschoen. De stille wegen zijn veel leuker dan deze drukke wegen die ik noodgedwongen moet volgen om geen natte voeten te krijgen. In Limoge word ik hartelijk ontvangen in de Gite het is een non die een beetje Engels spreekt en bij een bakje koffie wil ze alles van mij weten. Op mijn slaapkamer staan 3 bedden en 1 bed is bezet door een Duitser die van de Elzas is gekomen. Als ik later een pizza ga eten is hij en nog 3 anderen ook in het restaurant maar ik zit niet bij hen. Terug in de Gite tref ik een Belg die er zijn verslag zit bij te werken zoals ik dat ook doe. De zuster komt nog speciaal voor mij een bakje koffie zetten. In de Gite mag ik maar 1 dag blijven dus vanmorgen heb ik mijn spullen gepakt en ben de stad ingelopen. Er is van alles te zien maar ik weet nu al dat het niet makkelijk zal zijn om een paar dagen niet te lopen hoewel ik er erg naar uitzie om Marieke met de kinderen te zien. Op zaterdag om 16.30 is Marieke in Limoges en het weerzien is heerlijk. Tot dinsdag morgen treken we samen door de stad, maken een rondritje door de omliggende dorpen, eten bij de pizza boer, brengen een bezoekje aan de Mac en de Burger King en komen onze tijd goed door, Bijna zolang als ze hier zijn geweest heeft het geregend en ik ben blij dat ik nu niet hoef te lopen. Dinsdag morgen zet Marieke me net buiten Limoge af zodat ik niet langs de rivier de Vienne hoef te lopen want die is buiten zijn oever getreden en daar kun je niet meer door. En … geloof het of niet het is stralend weer, de mooiste dag tot nu toe. Als we afscheid hebben genomen ga ik weer op pad, soms is het zwaar omdat de paden slijk zijn en om grote plassen heen moet kruipen, moet erg oppassen voor natte voeten maar met de nieuwe schoenen gaat het goed. In Oradour kan ik niks vinden maar een vrouw uit het restaurant regelt een slaapplaats 3 km verder en brengt me met de auto ernaar toe, wat een service en allemaal voor niks.
In de Gite hebben ze geen eten maar mevrouw bakt nog wat vers brood met lekkere kaas en heb dan toch nog goed gegeten. De volgende morgen heeft meneer het ontbijt om 8.00u klaar staan maar mevrouw is nog niet op. Het zijn Engelsen uit de buurt van Londen en hebben al 10 jaar een Gite de France. Na 10 jaar kan hij nog niet goed Frans spreken, geen wonder dat de vrouw uit het restaurant de telefoon aan mij gaf omdat ze elkaar niet goed verstonden. Hij zou het voor een schappelijk prijs doen maar ik moet wel €50,- betalen, geld genoeg voor wat ik er kreeg, maar ja Engelsen worden geen Fransen. Vandaag loop ik weer 42 km volgens het boek. Het is weer stralend weer met veel zon met wat stapelwolken maar de paden zijn nog zeer slecht, veel modder en slijk, veel overstromingen op het pad en het is dan ook zwaar lopen. In Saint Saud Lacoussiere heb ik een hotel en de frietboer uit Brussel staat voor de deur van het hotel, hij praat prima Nederlands en heeft lekkere Belgische friet en om eens een keer goed te eten neem ik maar 2 keer een frietje met frikadel speciaal. Er komt nog een Nederlander uit Friesland die heeft er een bed and braekfast opgezet en op het terras van de bar naast het hotel zitten nog 2 Nederlanders met 2 Engelsen dus het is een gezellig maar niet erg Frans samen zijn. Als ik mijn oor te luister leg heeft iedereen het goed naar zijn zin en allen willen ze er een bestaan opbouwen. De volgende morgen als ik net de deur uit ben spreekt een Nederlandse vrouw me aan en vraagt of ik naar Santiago loop. Haar man heeft dat 11jaar geleden ook gedaan en spreekt er nu nog regelmatig over. Zij hebben hier in Saint Saud Lacoussiere een vakantiehuisje maar wonen in Nederland. Als ik op weg ben moet ik regelmatig naar de weg zoeken , het staat hier slecht aangegeven waardoor ik regelmatig verkeerd loop, ik passeer kleine dorpjes en afgelegen boerderijen met gemengde activiteiten, melkvee , mestvee tarwe en gerst die in enkele dagen dat de zon schijnt al in de aar staat en natuurlijk de bossen. In deze bossen was ik getuigen van het gevecht tussen 2 koekoeken, waarschijnlijk om hun territorium te beschermen. Ze doken regelmatig naar elkaar met een enorme snelheid om de ander met hun poten te verwonden. Door eerst heel hoog te vliegen en dan naar beneden te duiken kregen ze die enorme snelheid. De boomtoppen werden dan gebruikt om beschutting in te vinden maar ook om de ander te verrassen en als ze niet in gevecht waren werd meteen het bekende koekoek geluid geroepen en wel door alle bij wat blijkbaar weer zoveel irritatie opriep om opnieuw in de aanval te gaan. Soms leek het wel ,of ze het op mij gemunt hadden, zo laag kwamen ze over en met zo’n grote snelheid dat ik er een beet schrik van kreeg als ze erg kort bij mij in buurt kwamen. Het gevecht duurde zeker 3 uur in het bos waar ik wandelde maar ik heb ze de hele dag nog gehoord. Om 19.00u kom ik in een Gite in Bossu bij Villars na een laatste zoektocht door de bossen. Bij het beklimmen van de laatste 500 meter stop er een man en vraagt of ik een slaapplaats zoek, dan zegt hij stap maar in en zet me voor de deur van de Gite af. Daar aangekomen werd ik zeer hartelijk ontvangen door het hele gezin, man vrouw ( die Engels sprak) met 2 dochters, ik mocht mee eten, soep, sardientjes op de BBQ, enz. De volgende morgen een uitgebreid ontbijt met gebakken eieren een sandwich voor onderweg, een paar appels enz. Ik werd er in de watten gelegd. Toen ik wegging liep de man 2 km met me mee om mij op het goed pad te zetten. Vandaag wil ik een goed stuk opschieten en dat ging ook zo. Het pad ging weer uren en uren door onbewoonde gebieden zodat je niks hoorden dan de vogels en de rest stilte, stilte en nog eens stilte, geen auto’s geen achtergrond geluiden, heel fijn om dit weer eens mee te maken, even alleen op de wereld. Doodvermoeid kwam ik na 47km om 19.00u in Chancelade vlak bij Perigueux aan. De Pizza man, die een kraampje langs de weg had, wist me te vertellen dat ik maar het beste het hotelletje kon nemen vlakbij want dat was niet zo duur meende hij, en dat deed ik ook dus. Maar daar aangekomen hadden ze geen eten,dus maar weer terug naar de pizza tent, maar dat wilde de vrouw niet hebben en belde de man dat hij er eentje moest brengen en die heb ik in het restaurant met een pilsje opgegeten. De volgende morgen als ik al een tijdje gelopen heb krijg ik een enorme onweersbui over me heen maar ik kon op dat moment schuilen in een grot waar ook de ingang van een militaire bunker was. In die tijd heb ik daar op mijn gemak mijn boterham gegeten zodat ik er niet nat van werd en na een uurtje was het weer droog en had er dus geen verlet mee gehad en het weer was weer prima. ’s Avonds in Villamblard een Gite gevonden. Het was gewoon bij een mevrouw thuis die nog wat slaapkamers over had. Haar man was dokter geweest en had toen een praktijk aan huis. Sinds ze alleen was deed ze dit werk. Onder het eten leerde ze mij nog wat Franse woordjes en zij wilde graag de Nederlandse leren, het was weer heel gezellig zo samen aan tafel en terwijl we gezellig babbelde bleef ze me steeds eten toestopten, tot 3 glazen wijn toe. In de morgen net na een regenbuitje weer vertrokken en weer een heerlijke wandeling gehad. In Bergerac eens goed naar de kaarten gekeken en zag toen dat ik de oostelijke route van de GR654 aan het lopen ben, geen probleem alleen daardoor kom ik op dit stukje weinig andere pelgrims tegen. In Bergerac nog 8km gelopen en bij een Chambre d’hotel beland. De vrouw van de Chambre d’hotel stond met de fiets aan de hand te praten tegen enkele mannen toen ik vroeg of ze wist waar ik ergens kon slapen. Dat kun je bij mij zei ze in het Engels, dus dat was vlug geregeld, ze had alleen niks te eten, maar bij het restaurant dat gesloten was kreeg zij wel het een en ander mee om wat klaar te maken voor mij. In Frankrijk regelen ze alles ter plekke en alles kan, heeft de ene het niet dan de andere maar onder een stortvloed van veel woorden wordt alles opgelost. Als ik bij haar thuis ben doet ze erg haar best om goed voor me te zorgen, wil je dit nog, wil je dat nog, erg fijn om zo verwend te worden als je onderweg bent.
De volgende morgen gaf ze me een broodje gezond mee voor onderweg en dat was heerlijk bleek later toen ik het at. Het was weer een heerlijke dag om te lopen, bossen wijngaarden en een beetje akkerbouw wisselde elkaar af. De hele dag zon met een temperatuur van 25 graden. Ik verbaas me dat er een week geleden nog geen blad aan de druivenstruiken zat en nu volop, ook de gerst staat plotseling in de aar en de tarwe bijna en het gras van een winterse aanblik is nu mals gras, je voelt het ook op je huid, de zon brand en staat in de middag al bijna recht boven je, het is hier vrij hoog ongeveer 400- 500meter waardoor je lange winters en een korte lente hebt en meer extreem dan bij ons. Op verschillende plaatsen zie je hier nieuwbouw, zomaar ergens in niemandsland, hoofdzakelijk gebouwd door Engelse die er na zoveel jaar ook weer genoeg van hebben en weer terug gaan naar eigen land. Daardoor komt ook weer veel leegstand en worden de prijzen die ze eerst opgedreven hebben voor de plaatselijke bevolking nu weer teniet gedaan. Inmiddels ben ik in Castillonnes aangekomen en bij de Gemeente krijg ik een gratis slaapplaats aangeboden voor de nacht en die neem ik graag want de laatste weken hebben nogal veel gekost. Nog even bij de Pizza tent friet met tartaar en een eitje gegeten en om 21.00u sliep ik weer. De bakker was om 7.00u weer open en had heerlijk meergranen brood waarna ik om 8.00u weer aan het lopen was. Om precies 12.00u kwam ik in Cancon. Daar was net een dodenherdenking, de burgemeester sprak net een vijftigtal toehoorders toe en de fanfare speelde tussendoor treurmuziek, alle namen van de gesneuvelde soldaten uit de oorlog werden met voor- en achternaam opgenoemd. Ik heb gewacht tot de herdenking afgelopen was en heb toen daar koffie gedronken. Het was lekkere koffie maar om een of andere rede werd ik er steeds misselijker van. Toen ben ik maar langs de weg gaan zitten een paracetamol genomen en flink wat gegeten, werkt altijd . Hoewel er langs de kant stond dat dit het gebied is van witte wijn zie ik weinig druivenvelden maar wel veel boomgaarden met appels, peren, perziken en pruimen en enkele voor mij onbekende bomen.
Ook kom ik verschillende ganzenboerderijen tegen waar de bekende Franse paté geproduceerd wordt. Ik heb me laten vertellen dat het tegenwoordig meer eenden zijn omdat die nog een restwaarde aan vlees leveren. Er zijn weinig overnachtingsmogelijkheden en als ik bij een Gite met manage in de bossen aankom heeft een onvriendelijk Engels echtpaar geen zin in mij en ze helpen me ook niet verder om een andere oplossing voor me te zoeken. Ben ik de hele tocht tot nu altijd behandeld als een pelgrim die respect afdwingt voor de prestatie die geleverd moeten worden, zelfs vaak veel meer dan me lief is, hier ben ik een landloper die de deur gewezen moet worden terwijl er alle voorzieningen zijn voor overnachting, het is meer voor de hogere klasse met meer geld en standing. Een kleine kilometer langs de weg heb ik een schelp zien hangen dus maar weer terug en na een zoektocht door het bos en wat draadversperringen kom ik bij een huis en vraag of er ergens overnachtingsmogelijkheden zijn. Blijkt het huis de Gite te zijn maar hij had een conflict met de buurman die de versperringen aangebracht heeft. De man en vrouw zijn 35 jaar geleden vanuit de Elzas hier komen wonen en spraken goed Duits en zijn vooral heel vriendelijk voor mij. Er is nog een echtpaar uit de Elzas dat op doorreis is naar het zuiden. We doen gezamenlijk eten en de man vertelt dat vroeger toen de Hollanders naar deze streek kwamen om een boerderij te beginnen, deze mensen de mechanisatie hier ingevoerd hebben en de percelen sterk vergroot. Opeens herinner ik me dat ik vroeger als kleine jongen ook naar Frankrijk wilde om er een boerderij te beginnen maar ik heb mijn moeder toen beloofd dat ik niet zou gaan zolang zij leefde. Dus sinds 4 jaar kan ik met een gerust hart gaan emigreren. Vannacht is er weer veel regen gevallenen de bospaden zijn weer niet om te lopen, zoiets als de Zeeuwse klei in Zeeland, steeds omhoog en omlaag in de midden van het pad diep uitgesleten, smalle randjes om over te lopen en alles onder water, moet me soms aan de takken vasthouden om niet weg te glijden. Er komen steeds meer tuinbouwbedrijven voorbij en de koeien zijn inmiddels Anquitaine geworden, ook een slachtras zoals de Charleroi en de Limousine maar een ander type. Uiteindelijk ben ik toch in Aiguillon aangekomen en omdat het laatste stuk over de asfalt ging heb ik weer 45km kunnen lopen. In het restaurant vroeg ik om een slaapplaats en de man verwees mij naar het hotel vlak bij. Hij was een Portugees en zijn klanten ook die allemaal in het tuinbouwgebied aan het werken waren, asperges steken, aardbeien plukken , in dit gebied werken er heel veel vertelde de man van het restaurant. Het hotel heeft sinds een paar maanden een nieuwe eigenaar en de man werkt hard om het iedereen naar de zin te maken. Mijn bril is kapot, het glas is eruit en als ik vraag of er een opticien in het stadje is bied hij aan om mij morgen vroeg er naar toe te brengen. Na het ontbijt gaan we samen naar de opticien en hij doet het woord waarop de dame het glas er inzet de schroefjes zorgvuldig aandraait en met kit vastzet, de poten bijgesteld zodat ie weer prima past. Daarna wordt de bril zorgvuldig gereinigd en als ik vraag om de rekening wille ze er niets voor hebben, en de man uit het hotel vraagt aan de politie die er een controle houden waar de route precies loopt, wijst me de goede weg en vertrekt en ik kan weer verder. Sommige stukken zijn weer zeer mooi maar lopen vanwege de natte leem heel erg glibberig en vaak zijn er geen alternatieve.
Na 25 glibberige kilometers kom ik in Lavardac. Op het gemeentehuis doe ik navraag voor een goedkope slaapplaats maar de medewerkster krijgt geen gehoor, ze is een uur aan het bellen heeft wel 5 adressen maar niemand pakt af en die dat wel doet daar kan ik niet terecht. Als alternatief is er een hotel waar ik voor €38,- terecht kan. Na het menu van de dagen en een biertje lig ik weer om 21.00u in bed. Veel lawaai van de drukke weg die er langs loopt maar ik slaap altijd en heb er geen last van. ’s Morgens na het ontbijt weer om 8.30u op pad want het is 40km naar Montreal en daar wil ik vandaag aankomen. Het blijft moeilijk lopen omdat er zoveel sporen in de weg zitten, het is over de 30 graden, geen wind en pure zonneschijn dus gewoon heet. Om 5u ben ik in Montreal en het is of ik een hoofdstuk afsluit omdat het 2e boekje uit is. Toch is het nu nog 1000 km of meer naar Santiago. De stilte is ook voorbij want in de Gite waar de VVV mij naar toe stuurt zijn nog 12 mensen meer die allen van Le Puy afkomen. In Montreal komen 4 routes bij elkaar die allen naar St Jean Pied de Port gaan en van daaruit over de Pyreneeën naar Santiago. Het is hier in ieder geval heel gezellig. De man en de vrouw van de Gite rennen de hele avond om het iedereen naar de zin te maken en ’s avonds kunnen we met 2 tafels allemaal tegelijk gezellig eten. Het slapen is minder omdat er zoveel mensen op een kamer sliepen, het raam stond wel open maar toch was het veel te warm. ’s Morgens waren er al om 6.00u op en toen ben ik ook maar opgestaan en na een karig ontbijt om 8.00u vertrokken. Al snel haalde ik wat mensen in die voor mij waren vertrokken en even later nog een paar. Toen liep er nog een vrouwtje uit Bretagne waarvan de man haar met de camper volgde en daarna heb ik lange tijd met een vrouw van mijn leeftijd gelopen, ze liep de Camino ook vanuit haar woonplaats in Oostenrijk en dit was nu haar 2e etappe van een maand, langer wilde ze niet van huis. Op mijn eindbestemming was een Gite die was vol was maar na enig overleg maakte ze een plaats vrij tussen 2 vrouwen, er stonden wel 30 bedden in een ronde zaal. De Aldi was erlangs dus daar maar wat eten gehaald en in de Gite klaargemaakt. Het is hier allemaal wat vlakker en makkelijker lopen en ook staat het beter aangegeven, dus deze 36 km vielen wel mee ondanks dat het toch wel een beetje benauwd is. De Duitser Mark was er ook die ik in de vorige Gite ontmoet had en vond het maar raar dat ik zover gekomen was als hij want hij had daar zitten te vertellen dat ie makkelijk 40km kon lopen, maar ik had er niets op gezegd. De volgende dag vroeg op pad, het wordt mooi weer om te lopen. Om 14.00u kom ik in Aire zur L’Ador aan en heb dan vanaf Nogaro 28km gelopen dus dan maar verder en moet dan nog 16 km om in de eerst volgende Gite te komen in Miramont Sensacq. Als ik daar aankom zijn ze heel vriendelijk en word ik door iedereen aangesproken als ze horen dat ik 46 km gelopen heb, maar voor mij was het een mooie tocht met grote velden akkerbouw waar de boeren de grond aan het bewerken waren, zaaien en spuiten van de tarwe. Grote akkers met zware trekkers en grote en dure auto’s om het zaad en de kunstmest na te brengen, ik zag ze meten om de kunstmest in het goed spoor in de grond te krijgen. Soms zijn de akkers wel 1km lang met zeer grote regeninstallaties zoals ze die in Canada ook gebruiken maar ook hier weer afgewisseld met wei en maisvelden en Anquitaine en Holstein koeien voor melkvee maar die bedrijven zijn niet zo groot.
Na slecht geslapen te hebben omdat ik langs een vrouwtje lag waar ik om 4u van wakker werd omdat ze zo hard snurkte ben ik om 6u maar opgestaan wat de hele groep deed. Na een goed ontbijt om 7.30u aangelopen. Gisteren dacht ik het, maar vandaag zag ik duidelijk de sneeuw op de bergtoppen van de Pyreneeën liggen, een mooi gezicht op een afstand van 130km want dat is de afstand die ik nog te gaan heb tot de Pyreneeën. Onderweg kwam ik een Belg en een Zwitsers meisje tegen die gisteren ook in de Giet waren, ze vertelde dat er verderop geen slaapgelegenheid meer was dus ben ik maar met hen meegegaan en heb ik vanmiddag niet zoveel gelopen ondanks dat het een mooie wandeldag was. Het was hier ook vol maar ik kon op de bank van de woonkamer slapen. We hadden samen gegeten in de boerderij en de volgende morgen ook daar het ontbijt gehad. Om 7.30u weer op pad en om 10.30 had ik er al 12km opzitten. Op een gegeven moment liepen er 2 mannen en 2 vrouwen voor mij een 100meter en in een onoverzichtelijke binnenbocht werd een man door een auto geraakt. De auto raakte met de spiegel zijn arm. De spiegel was eraf gevlogen en de man had zijn hele arm kapot, door de paniek zei de man dat het niet erg was maar de helft van de arm was helemaal open en meteen 2 keer zo dik als de andere. Ik heb steeds in onoverzichtelijke bochten de buitenbocht gekozen en dat was zo gek nog niet merk ik nu. Om 18.00 kom ik na 42 km in Navarrenx aan en weer was het een mooie tocht vooral omdat je naar de Pyreneen loopt en je ziet de bergen dan steeds duidelijker op het laatst zag ik het onderscheid tussen de bossen en de weilanden . Het is hier nog steeds gemengd met veel mais. Onderweg ben ik ingehaald door 2 Zwitsers die liepen mij voorbij, met stokken, kun je beter de berg op lopen merk ik nu . Zij stopten om 15.00u en ik liep nog naar Navarrenx. Toen ik er bijna was vroeg ik aan een vrouw die aan het wandelen was hoe ver het nog was. Ze zei 3km en even laten stopte ze met haar auto naast mij en vroeg of ik met haar mee wilde rijden en bracht me naar de Gite midden in Navarrenx, tevens regelde ze met de vrouw van de Gite een slaapplaats en toen ze afscheid nam zei ze dat ze van Holland hield. ’s Avonds in het mooie dorpje gegeten in een heel gezellig restaurantje maar de volgende morgen was er geen ontbijt, dus bij de bakker wat brood gehaald en onderweg opgegeten. Nog een keer 2km de verkeerde kant op gelopen die ik ook weer terug moest en na 36km in Ostabat aangekomen, ik moet nu al echt een berg over en boven op de top even genieten van een geweldig uitzicht. Rondom de bergen aan alle kanten kleine dorpjes in een strak blauwe lucht, het was adembenemend mooi.
Als ik in Ostabat aankom is alles vol maar de man in de bar gaat bellen waar ik nog terecht kan en laat zijn dochter mij erheen brengen als hij een plaats gevonden heeft. Als ik in de zaal kom voor het diner kom ik de Duitser weer tegen die ik in Montreal ook tegen kwam, we waren beide verrast om ons weer te treffen en we schudde elkaar de hand. De gastheer met dikke buik en alpino pet op heeft onder het eten herhaaldelijk Baskische liederen gezongen en daardoor creëerde hij een onvergetelijke sfeer. Op het laatst haakte iedereen bij elkaar in de arm en zongen alle mee. Heerlijk om dit zo spontaan mee te maken. Vandaag heb ik een makkelijke dag want het is maar 23 km naar Saint Jean Pied de Port en dan nog 4 km naar mijn overnachtingsadres waar de gastvrouw voor mij geboekt heeft want alle Gites zitten vol vanwege hemelvaart zo wordt er gezegd. Mijn kleinkind Anne heeft al twee keer gebeld om mij op de hoogte te houden hoe het met haar eerste H Communie gaat.
Vandaag is de route ook weer heel mooi, ik heb het gevoel dat ik hoog in de bergen loop maar zo hoog is het nog niet. Onderweg ben ik een vrouw uit Rosmalen tegen gekomen met een tweewielig karretje, ze houd wel zoveel mogelijk de asfaltweg. Ze is begin Maart ook van huis vertrokken en het karretje beviel haar prima. In dit gebied zie je veel schapen met een schaapsherder en de akkerbouwers hebben nog nauwelijks maïs gezaaid, ook hier is het heel laat voorjaar. De witte huizen met rode daken en ramen en deuren zien er mooi uit, op de hoeken zijn ze niet bezet en ook niet wit wat een mooi accent aan de huizen geeft. Het is de steil van de Basken evenals de schuine petten die ze ophebben. In Saint Jean Peid de Port wat gegeten een pilsje gedronken en op mijn gemak wat rond gekeken, het is een mooi plaatsje, daarna ben ik op mijn gemak naar mijn Gite gelopen die 4km verder is richting de Pyreneeën. Onderweg komen er een paar politie wagens met sirene langs, later hoor ik dat er boven op de berg iemand aan een hartaanval gehad is overleden. Op mijn Gite is het heel gezellig, de meeste mensen komen met bus of trein hier en beginnen hier hun Camino en ik zie geen mensen die van huis vertrokken zijn. Bij de gezamenlijke maaltijd maken de mensen met elkaar kennis. Ik zit langs een echtpaar uit Noord Ierland, de man is rechter geweest maar dat verdiend niet zo goed in Ierland, zijn vrouw moet nu nog werken terwijl hij al gepensioneerd is. De volgende dag ben ik vroeg op, kon niet goed slapen van het gesnurk van een vrouwtje op de kamer. Om 7.00u begin ik de dag om de pas over te steken naar Roncesvalles, ik voel me super goed vandaag en loop dan ook echt iedereen voorbij, na 3km is ook een Gite en ook die mensen loop ik allemaal voorbij, jammer dat het boven op de berg mistig is en je ziet maar 10 meter voor je uit. Het is weken mooi geweest op de berg van 1430meter maar vandaag dus niet. Om 11.30u kom ik in Roncevalles aan na een scherpe afdaling naar 950meter en dat is voor mij nog het moeilijks omdat dan mijn voet wel erg zeer doet. In Roncesvalles koffie gedronken en er zaten overal Nederlanders die op de fiets waren. Er stond ook een bus met Brabanders die tegen mij begonnen te praten omdat ik als enigste wandelaar daar was. Opeens herkende ik een vrouwtje terwijl ik ze nog nooit gezien had, het was de zus van Annie van Laarhoven uit Best en daar leek ze sprekend op zodat ik in eerst instantie dacht dat zij het was. Ook liep er een Nederlander rond die enkele jaren geleden in Rocesvalles een Gite had opgezet om de mensen op te vangen die de berg overkwamen. Op topdagen sliepen er 200 mensen in de containers. Ik ben door gelopen naar Bizkarreta 11km verder en bij een Spaans gezin aangeklopt. Als enigste gast werd ik heel vriendelijk ontvangen. Al snel komen er een paar Spaanse woordjes me heel bekent voor en dat is altijd weer leuk. Het diner was heel goed, een grote kom soep , veel groente en friet met dun gesneden vlees. De overnachting koste €38,- maar met een grote kan wijn en ontbijt valt het wel mee. De volgende morgen om 7.30u weer op pad. Het is koud en regenachtig weer en daarom maar mijn lange wandelbroek aangetrokken. Na een uurtje werd ik in gehaald door de Zwitser die ik enkele dagen geleden ook getroffen had. Zijn vriend van 73jaar was bij Saint Jean Pied de Port naar huis gegaan want die had dit stuk enkele jaren geleden al gelopen.
We liepen samen verder maar om 12.00u begon het hevig te onweren en ik stelde voor om te schuilen onder een afdak bij een boerderij. Daar hebben we 1uurtje gewacht en gegeten tot de bui over was en zijn toen verder gegaan. De Zwitser was blij dat we gestopt waren want het was echt even noodweer en bedankte me 3 x voor het goede voorstel om te schuilen. Na een paar uur begon het weer te regenen maar niet zo erg meer zodat we rustig door konden lopen naar Pamplona. De eerste Alberge zoals de gemeentelijke slaapplaatsen heten in Spanje zat vol en we werden naar de 2e gestuurd, hier konden wel 200 mensen slapen, alles was strak geregeld en zuiver en ze die hadden nog plaatsen over voor ons. Jammer dat het regent en bovendien is het zaterdag en zijn de winkels dicht. In de Alberge kom ik een Nederlandse vrouw, Arie uit Alkmaar tegen, ze is zojuist met het vliegtuig aangekomen uit Nederland en begint morgen haar eerste dag naar Santiago, er komt ook nog een jonge dame uit Dortmund aan en met zijn vieren gaan we eten. Het is gezellig en de Duitse wil graag nog wat van de stad zien. Het is nu droog en met ons vieren bekijken we de mooiste plekjes van de binnenstad. Er trekt een dweilorkestje door de binnenstad en er zijn heel veel jongeren op straat. Ze zijn aan het uitgaan en drinken of eten wat, veelal buiten, zitten op stoepranden of staan in groepjes wat te praten. Er heerst een super gezellig sfeertje. Een jongen uit een groepje spreekt mij aan als we voorbij gewandeld komen en zegt in het Engels”Weet je wel dat je hier niet in Spanje bent maar in Baskenland”. Als hij dit enige malen herhaald heeft zeg ik tegen hem dat ik dat wel weet want het staat op veel plaatsen op de muren geklad. Dat stelt hem tevreden en we praten nog een tijdje met hen. Ze leggen uit hoe groot dit gebied is en hoe ze hier leven. Om 10.30u zijn we weer in de Alberge waar ik goed kan slapen. De volgende morgen om 7.00u ga ik samen met de Zwitser op pad. In een bar die open is drink ik koffie maar de Zwitser loopt door en ik ben weer alleen. Af en toe valt er een beetje regen maar op de berg van Alto del Perdonis het uitzicht prachtig en kan ik hoog van de berg de vallei inkijken. In Puente la Reina neem ik een bord soep en eet mijn brood, daarna gaat het door tot Cirauqui maar nu is er geen plaats meer voor mij, wel hangt de Zwitser uit het raam want die was eerder aangekomen en ik moet nu nog 5km naar Lorca maar dat is geen probleem. In deze Alberge zitten 2 Nederlanders het pelgrimsmenu te eten met 20 andere mensen. Ik kom tegenover 2 Fransen te zitten uit Bretagne en naast mij 3 mannen uit de VS die in St Jean Pied de Port gestart zijn en het helemaal geweldig vinden. Alweer een superdag en een superavond. Na de ochtend koffie met mijn lunchpakketje wat ik die avond ervoor gekocht had en ben ik weer om 7.30u op pad. Het is deze morgen koud en winderig en af en toe een drup regen en zo zal het de hele dag blijven. De route gaat langzaam maar zeker uit de bergen met verrassende vergezichten en ondanks het slecht weer heel mooi om te zien. Ook verrassend is hoe vriendelijk de mensen zijn voor de pelgrims. Ze begroeten je bijna allemaal en wensen je een ‘bon camino’ toe. In de Alberges wordt je met open armen ontvangen en als iemand hoort dat je te voet vanuit Nederland vertrokken bent wordt je met gemeende bewondering gefeliciteerd. Het landschap wordt wat minder ruig en er komt meer akkerbouw met zelfs flinke stukken asperges onder plastiek. Ik heb wel 10ha gezien die ze aan het steken waren en die zien er net zo goed uit als de Nederlandse. Vandaag heb ik de Zwitser die al dagen met mij loopt of ergens in de buurt is niet meer gezien. Als ik na 38km in Sansol aankom zijn de 2 Fransen die gisteravond met mij aan tafel zaten ook binnen, ze waren iets eerder vertrokken als ik dus die lopen ook heel goed. Het was leuk om ze weer te zien en we gaan samen in het restaurant eten. Alles gaat anders dan voor Montreal in Frankrijk maar dit is ook heel leuk. Heel gezellig gegeten met mijn 2 Franse fans en inmiddels nog een Franse en een Deense dame waarmee ik goed in het Duits kan praten. Vanmorgen was in de Alberge alleen koffie maar ik had nog brood genoeg en na goed gegeten te hebben om 6.30u op pad. Ik wilde voor 12.00u in Logrona zijn om een nieuwe simkaart te kopen zodat ik weer bereikbaar ben met een goedkope verbinding vanuit Nederland. Het was zoeken naar een telefoonwinkel en het duurde toch wel even voor alles geregeld was maar om 14.00u kon ik weer verder nadat ik ook nog even de prachtige kerk bezocht had. Toch nog 43km gelopen vandaag maar ik was dan ook behoorlijk moe. Onderweg kwam ik erachter dat ik de cuver van mijn rugzak vergeten was, maar om 15km terug te lopen daar had ik ook geen zin meer in. Af en toe regende het wat maar met mijn regenjas over de rugzak lukte het toch om deze droog te houden. In Ventosa een slaapplaats gekregen maar de Alberge was eigenlijk vol, dus moest ik met een Duitser in een aparte kamer op wat matjes op de grond slapen. Daar zag ik wel tegen op maar uiteindelijk viel het wel mee en de Duitser uit Koln was erg vriendelijk en snurkte niet. De volgende morgen mijn eigen brood gegeten en koffie uit de automaat dus met volle maag om 7.00u weer op pad. Het is prachtig onbewolkt weer en niet te warm. De Duitser die een tijdje met me mee loopt vind mijn tempo te hoog en na 1 km loop ik weer alleen. Het is hier weer wat hoger en je ziet alleen wijngaarden tarwe en in de verte bergen met de sneeuw er nog op en dat voor eind mei. Na ruim 40km in Redecilla een Alberge om te slapen. Als ik in de bar kom ontmoet ik een mevrouw uit de buurt van Essen die vertelt dat ze de camino voor de 2e keer loopt maar nu als therapie omdat ze een kankergezwel uit de hersenen gehaald hebben en nu moeite heeft met bewegen. Ze had een eigen bedrijf gehad en had alles van de hand gedaan. Ze kan niet meer lopen dan 5 tot 10km per dag. Als ik wat later in het restaurant ga eten tref ik een Deense vrouw van een jaar of 45 die geen werk meer had en daarom maar de camino loopt. Toen ik later op de kamer kwam bleek dat de Duitse en de Deense langs mij sliepen. Om 6.30u was ik vanmorgen weg zonder koffie of eten, daarvoor moest ik eerst 12km lopen om iets te krijgen. Belorado is een mooi plaatsje en de kerk met grote tabernakels afgewerkt met bladgoud zoals ze in Spanje overal deze stijl hebben was bijzonder mooi. Het gebied varieert van 500 tot 1000 meter hoogte waardoor de groei van de bomen nog maar net begonnen is. De beuken hebben zijn nog maar net aan het uitlopen en hebben nog niet veel blad en de boeren zijn nog volop de grond aan het bewerken om de vruchten te zaaien en ook de wintertarwe heeft hier ook 3 weken achterstand op de Franse akkers. Met het maïs zaaien zag ik een zeer zware John Deer trekker van meer dan 300pk bijna vastrijen in de zware leemachtige grond.
In Atapuerca in de alberge een slaapplaatsje gevonden en daar slapen we met 6 personen, tegen de avond kom ik een man uit Australië tegen die vraagt of ik mee ga eten, we waren toen met 6 personen, 1 Spanjaard een doctorsechtpaar uit Engeland en de Australiër met zijn vrouw. We aten buiten in de tuin en het werd een levendig gesprek omdat de Spanjaard veel over zijn land vertelde. De volgende morgen was ik om 11.00u in Burgos en had toen al 22km gelopen. Bij de kathedraal maar meteen een kaartje gekocht voor een rondleiding in de kerk die zeer de moeite waard was, wat een pracht en praal. Als ik wat gegeten heb ga ik om 13.00u weer verder, het is onbewolkt maar niet te heet, lekker wandelweer, kom veel mensen op straat tegen nog in de buurt van de grote stad Burgos die mij een “bon camino” wensen als ik met mijn rugzak voorbij gesjouwd kom, en ik vind het leuk, het lijkt echt gemeend. Later op de dag, weg van Burgos, wordt het toch wel warm en tegen de avond is het benauwd. Toch wil ik de 2e 20km nog wel lopen en om 17.00u ben ik in Hornillos. Het is er betrekkelijk vlak en zeker niet bergachtig ondanks dat het zo hoog is. De slaapplaats is dit keer een sporthal en dat lijkt me wel fijn omdat die misschien wel 10meter hoog is, dus lekkere frisse lucht, hier zal ik wel slapen. Als ik ’s avonds ga eten zit ik bij 2 oudere dames uit Portugal die Engels spreken en een jonge vrouw uit Brazilië die alleen naar Portugees kent. De Portugezen zijn ondergebracht in de Alberge maar pakken na het diner hun spullen en gaan ook in de sporthal slapen, daar is nog plaats genoeg. De volgende dag is het erg koud en krijg ik weer meer last van mijn rechter schouder, en merk dan ook hoeveel invloed het weer hierop heeft. Bij warm en windstil weer heb ik geen last en als het koud waait is het weer niet om uit te houden. In dit gebied staan honderden windmolens op de randen van de plateaus. Als de wind die uit de dalen over de bergen moet omhoog gaat,krijgt de wind daardoor extra vaart en daar maakt men hier gebruik van zodat het rendement van de windmolens weer een beetje hoger is. Rond de middag moet ik een steile berg van 18% over en vind het een uitdaging om zonder stoppen de top te bereiken. Op de laatst 20meter rent een Fransman me voorbij die bij de voet van de berg net achter me liep. Ze ware met tweeën maar de andere zag ik niet meer, hij maakte een opmerking dat hij van mij gewonnen had maar zei liepen zonder rugzak. Ik keek hem aan alsof ik niet wist waar hij het over had. Het blijft tot de avond winderig maar toch heerlijk wandelweer. In Fromista zoek ik na 43Km weer een plaatsje in de Alberge en kan na het douchen heerlijk buiten zitten. Het pelgrim menu wat overal langs de route opgediend wordt voor de pelgrims is een keuze menu uit 2 tot 4 voorgerechten en 2 tot 4 hoofgerechten met een toetje en koffie na. Bovendien heb je de keuze uit een flesje water of wijn. Bier past niet in het menu dus dat moet extra betaald worden. Vanmorgen pas om 7.00u op en omdat ik ontbijt besteld had de avond ervoor was de man niet blij toen ik om 7.15 voor mijn ontbijt kwam, want hij had gezegd tussen 6.00u en 7.00u en dan moet iedeen weg zijn om de boel weer zuiver te maken want de wandelaars die voor 5.00u vertrekken staan om 12.00u alweer op de stoep. Na enige kilometers kwam ik een man en vrouw uit Horn tegen die de camino voor de contacten liepen zoals ze zelf zeiden want daar ging het om voor hen.
Toen ik hen vertelde dat er zo’n mooie luzernehooi geoogst werd wisten ze niet wat het was en zo zie je maar dat iedereen deze camino op zijn eigen manier beleefd. Vandaag was de route voor mij uitgezet. 16Km lange rechte weg, helemaal vlak en links en recht zover als je kijken kon grote percelen akkerbouw met tarwe haver luzerne en land waar waarschijnlijk maïs of zonnebloemen gezaaid moeten worden en dat alles onder een strak blauwe lucht. Hier krijg ik het bijzondere gevoel van ruimte, vrijheid en blijheid. In mijn eentje met zoveel ruimte om me heen en heerlijk 20km om je heen wegkijken. De meeste zonnebloemen zijn nu wel gezaaid en staan er al zo,n 30 cm op. Nadien in een dorpje drink ik een cola en spreek er een vrouw uit Zwitserland en als ik zomaar mij laat ontvallen dat het een leuke tocht was beschreef zij precies hetzelfde gevoel wat ik daar ook had. In de Alberge van Ledigos is het weer gezellig. Ik eet aan tafel met een Nederlands echtpaar op de fiets en een Oostenrijks echtpaar van rond de 70jaar die in Burgos gestart zijn. In de morgen sta ik om 6.00u op en ben om 6.30u als eerste weg, na een uurtje drink ik koffie in de bar van een nieuwe Alberge. Het is een Duits echtpaar die het gebouwd hebben en zijn in de herfst open gegaan. Ze willen hier een nieuw bestaan opbouwen en de kost verdienen aan de pelgrims zoals er zo veel doen. Er leven veel mensen van de camino, het is Big Business langs de route. Tot Leon loopt de route langs de Nationale en de autoweg en bovendien ligt de weg te laag tussen de velden om echt mooi te zijn en dat is nu zo’n 75km aan een stuk waar iedereen over klaagt. Net voor ik Leon binnen kom loopt er een grote salamander van een 30 cm over het wandelpad en ik dacht meteen aan het spannende detective boek dat ik vroeger toen ik jong was eens gelezen heb met de titel “De groene salamander” . In Leon is ook weer een zeer grote Alberge. Om 3.00u had ik er 39km op zitten en in de Alberge van Leon kreeg ik een bed toegewezen naast Anky uit de Noord Oost polder. Vandaag weer erg veel ooievaars gezien op sommige kerken zitten wel 4 nesten en ik denk dat ze nu wel jonge hebben. Ook weer verschillende nieuwe huizen gezien die met leem kiezel en stro bezet zijn, de oude technieken van vroeger worden weer opnieuw toegepast want ze blijken goedkoop en duurzaam te zijn. ’s Avonds met Anky uit eten geweest. Anky wilde niet wachten tot 20.00u als de restaurants open gingen en daarom in een warenhuis gegeten.
In de morgen koffie uit de automaat en een broodje gegeten en om 6.30u weer op pad. Na een half uurtje in Leon gelopen te hebben kwam ik bij de kathedraal maar die was nog niet open dus maar weer verder. Als ik de stad uitloop riep een vrouw me dat ze me kende want we hadden in Sansol samen gegeten, ze liet me haar dagboek zien waarin ze alles over mij had opgeschreven en las het allemaal voor. Een beetje verbaasd was ik wel. Ze had me ingehaald omdat zij een stuk met de bus was gegaan zodat ze die saaie stukken niet hoefde te lopen, het bleek dat er wel meer pelgrims de bus namen. Na Leon volgt er nog 20km saaie weg langs snelwegen. Als ik om 15.00u in Vilares de Orbigo aankom is de Duitser die in Neurenberg gestart was en die ik in Montreal getroffen had ook weer tegen, hij heeft dezelfde afstand in dezelfde tijd afgelegd als ik en daar keek hij een beetje van op, trouwens ik ook. Op de velden zijn hier ook kanalen van 1m hoog en 1m breed aangelegd voor beregening en een boer met suikerbieten was daar uit aan het beregenen, je zou zeggen dat het dure bieten worden door de beregening maar ze stonden er wel geweldig bij. In Hospital de Orbigo is het gezellig eten, na het eten een tijdje met een Spanjaard zitten praten die geen buitenlandse taal kende maar heel veel met gebaren mij duidelijk maakte. Met handen en voeten maakte hij me duidelijk dat er veel Nederlandse voetballers in Spanje zaten, noemde alle landen van de wereld op waar Spaans gesproken wordt, dat het stierenvechten maar niks is en dat de Basken niet goed wijs zijn bovendien wilde hij gecremeerd wilde worden en niet begraven en dat hij hield van fietsen maar meer kon dat niet meer omdat hij te veel gerookt had. De volgende dag had ik het uitgebreide ontbijt besteld maar door een misverstand moest ik een uur wachten voor ik het kreeg, ze had niet begrepen dat ik het ook bestelde toen ze me de keuze voorlegde wat ik wilde. Toen ik er naar vroeg waar het bleef werd het alsnog gebracht, toen heb ik mijn buik dik gegeten aan ham eieren champignons en tomaten. Daardoor pas om 8.00u weg. Na een paar uur loop ik met Annet uit Denemarken die in de gezondheidszorg werkte, we drinken samen koffie in Astorga en na 5km loop ik weer verder als Annet even wat rust nodig heeft. Om 15.30u heb ik 27km gelopen maar hou het vandaag voor gezien, het is nog 250km naar Santiago maar heb totaal geen haast meer.
De route was weer heel mooi, door natuurgebieden met mooie uitzichten, bijna ieder dag zie je nog bergen met sneeuw op de toppen en ben ook vandaag weer tot een hoogte van 1120m geweest. In de alberge van Rabanal del Camino even gepraat met een Engelsman die liever allen loopt dan met zijn vrouw die loopt 3 dagen achter hem en dan nog even met een vrouw uit Breda die opgehaald wordt door haar man met de camper en dan nog een paar weken in Portugal op vakantie gaan. Vandaag is het pelgrimmenu niet veel bijzonders maar de wijn is meer dan genoeg. De volgende morgen ben ik om 6.15u aan het lopen, zo vroeg ben ik nog niet vertrokken dacht ik. De route gaat ook meteen over een grote berg tot 1515m. Het is een prachtige wandeling door dit natuurgebied, prachtige uitzichten en in de verte zie je weer sneeuw liggen, rotsige ondergrond met heel veel leisteen en overal bloeiende struiken in alle kleuren die je maar bedenken kunt, veel zingende vogels die vlak bij je een deuntje komen fluiten en aan dit ontwerp is geen mensenhand aan te pas gekomen, het lijk een beetje hemel op aarde en misschien is het dat ook wel. Ik heb dan ook de vaste overtuiging dat je toch een God moet zijn om dit te creëren, dit is Goddelijk denk ik dan, en daar geloof ik in. Ik passeer op deze berg het ijzeren kruis waar mensen steentjes bij gooien die ze van huis meebrengen maar ik heb mijn steentje natuurlijk niet bij me, want al wat je thuis kunt laten is meegenomen. Als ik van de 1500m gedaald ben naar 600m ben ik erg moe want de afdaling was erg zwaar, slechte weg veel stenen en stijl. Ik kom tot de ontdekking dat ik mijn bril verloren heb en dat is erg lastig want ik kan niets lezen zonder bril. In Molinasec onder aan de berg is een Farmacie en daar kan ik een leesbril kopen zodat ik dit verslag nog verder kan schrijven. Om 3.00u zoek ik een slaapplaats in Ponferrada na 33 super mooie maar loodzware kilometers. Nog 200km te gaan en ik voel dat het einde van mijn reis in zicht komt. Alle overwegingen die in mijn kop opwelde om te voet naar huis te lopen, een fiets kopen en naar huis fietsen, mijn fiets laten brengen of een stuk van een andere route lopen ik heb het allemaal uit mijn hoofd gezet, de camino is een wandel en/of pelgrimstocht op zich, die heb ik straks gelopen punt. Niet meer en niet minder. Alles wat ik meer zou doen zou afbreuk doen aan deze mooie tocht en daarom staat mijn besluit nu vast, als ik in Santiago ben ga ik naar huis. In Ponferrada is een grote Alberge en je wordt er vriendelijk de vrijwilligers te woord gestaan, de prijs voor de overnachting die overal €5,- kost is hier een donatie als je wilt. ’s Avonds in het restaurant gegeten maar het was niet veel behalve ’n paar runderlappen die wel smaakten. Als ik ’s morgens de stad uitloop kom ik ’n Australische vrouw tegen die er behoorlijk de pas in heeft. Ze loopt de camino alleen en op de terugreis gaat ze over Londen om bij haar dochter op bezoek te gaan die daar woont. Ze vind het leuk om met mij even op te trekken maar na 2 dorpen heeft ze er wel genoeg van om met dit hoge tempo te lopen en gaat koffie drinken. Later op de dag loopt er ’n jonge dame uit Rotterdam met me mee, ze is pas 23 en heeft wel 10 baantjes die haar niet bevielen gehad maar heeft in die tijd wel altijd geleerd en uiteindelijk had ze ook een HBO opleiding afgerond. Een beetje een wispelturig type maar die er wel voor gaat evenals haar lopen want ik heb moeite om bij te houden. In Vega de Valcare neem ik dezelfde Alberge als zij. Na de was te hebben gedaan heb die avond heerlijk in mijn eentje in het restaurant gegeten . Vanmorgen alweer om 6.30u vertrokken met mijn natte was in de zak. Het heeft vannacht veel geregend en in plaats de was droog is, was die nog klets nat en uit ervaring weet ik dat ie dan lekker kan stinken vanavond. Maar nu vanmorgen is het weer prima om te lopen, het is een prachtig landschap en we moeten over een pas van 1330m en ook deze berg levert prachtige uitzichten op.
Omdat de bewolking laag hang loop je zo af en toe boven de wolken en dan weer uitzichten van misschien wel 100km, stille paden en bijna geen auto’s als we over asfalt lopen. Ook de afdaling is niet zo zwaar als de berg bij Leon maar het kost toch veel inspanning die hoge bergen. Om 3.00u ben in Tricecastelea en denk dat 9km maar een klein eindje is om verder te lopen maar het valt altijd tegen en nu dus ook. Kom om 17.30u in Samos en ben dan door een paar dorpjes gekomen die in de middeleeuwen niet misstaan zouden hebben, het lijkt of de helft onbewoond is. In de Alberge die in een groot klooster met kerk gemaakt is tref ik Ingrid uit Denemarken en Herman uit Australië en een dame uit Finland zij kennen elkaar omdat ze samen gelopen hebben. Ik heb lang met Herman zitten praten, hij had geschiedenis geleerd en wist veel over de tijd tussen 1000 en 1500 en de rol van de kerk in die tijd waar hij geen hoge hoed van ophad. Hij was geboren in Drimmelen aan de Maas en was op jonge leeftijd naar Australië geïmmigreerd. De volgende morgen kom ik Ingrid en de Finse nog verschillende keer tegen maar later op de dag zie ik ze niet meer. Na 34km kom ik Melide en met het ingaan van het stadje spreekt een Italiaan die al uren acht mij gelopen heeft mij aan. Het laatste stukje lopen we samen. Hij vraagt langs de weg aan verschillende mensen waar de Alberge is en loopt dan nog verkeerd terwijl ik al herhaaldelijk gezegd heb, eerst naar de kerk lopen want die zijn daar altijd in de buurten bijna altijd staat het daar aangegeven. Bij aankomst word ik gefeliciteerd door een Spanjaard die hetzelfde heeft gelopen en vind dat wel erg veel voor mij terwijl het een van mijn korsten afstanden is. In het plaatselijke restaurant heerlijk gegeten en weer een hele fles rode wijn gedronken wat wel een beetje veel is maar de Spaanse wijn smaakt uitstekend. De volgende dag toch weer om 6.00u op en om 6.30u aan het lopen. Er lopen veel mensen voor en achter mij en hoor constant het getetter van de Spanjaarden, het maakt me een beetje nerveus en ondanks dat het weer een mooie tocht is zal ik blij zijn om in Santiago aan te komen. Met de vrouw van Jan Soetens gesproken, de vrachtrijder die de fietsen ophaalt in Santiago en bij de mensen thuis afzet. Ze vind het goed dat ik met een chauffeur mee naar huis rij maar ik moet het zelf maar vragen als de chauffeur daar is.
Jos van Kemenade zal morgen om 12.00u bij hotel Mexico zijn en dan kan ik kijken of het lukt. Als ik niet mee kan loop ik nog naar Finistera en anders ga ik morgen met hem mee naar huis. Vandaag maak ik er een lange dag van zodat ik zo kort mogelijk bij Santiago kom. 5km voor Santiago in Monte do Gozo is mijn laatste Alberge van de camino. Als ik in het restaurant ga eten zitten er nog verschillende Nederlanders. Een echtpaar uit Holland komt naast mij zitten en zien een duidelijke opdracht van Christus om deze camino te lopen ter verbroedering van de wereld. Terug naar de Alberge is 10 min lopen en Ria uit Gelderland komt naast mij lopen en verteld over haar vele wandeltochten in Nederland precies zoals ik ze ook gelopen heb, het is leuk om met gelijkgezinde te praten over onderwerpen die je aanspreken. Terug op de slaapzaal slapen nog 4 Fransen en 2 Hongaarse vrouwen waarvan er een op zoek was naar een man maar kon er maar geen gevonden krijgen. De volgende morgen loop ik op mijn gemak de 5km naar Santiago, bezoek de kathedraal, ga in een bar een heerlijk ontbijten en ga daarna op zoek naar mijn chauffeur die me ook daadwerkelijk naar huis brengt.
Na een week thuis zijn hebben al veel mensen aan mij gevraagd wat het me gebracht heeft en daar heb ik toch even over na moeten denken want het is gewoon een wandeltocht die veel mensen gelopen hebben en nog zullen lopen. Het bijzondere zit hem erin dat je uit je eigen leefomgeving stapt en even in een ander wereld komt. Niet dat die andere wereld zo bijzonder is maar je maakt hem bijzonder door je andere leefwijze en dat geeft je een fijn gevoel.