Wat wij altijd hadden met kerst, wat ik heel leuk vond, was dat we ’s nachts naar de nachtmis gingen om vier uur. Ik met mijn hand in de grote hand van mijn vader. En dan kwamen we daarna thuis, heel moe, maar wel voldaan. En dan was er altijd iemand achtergebleven die dan het ontbijt had klaargemaakt en dat bestond altijd uit Twentse bakworst, bakworst en bakbloedworst, dat vonden we altijd heerlijk. En daarna waren we natuurlijk verschrikkelijk moe, maar dan was het altijd heel gezellig met verhalen en spelletjes zo vermaakten we ons eigenlijk de hele dag.
Wat ik altijd heel leuk vond was dat in de stal onder de grote boom, die altijd in de hoek van de kamer stond, er een kerstkindje lag. Dat kerstkindje veranderde later in een kerstkindje wat je kon aankleden. En ik was natuurlijk als meisje van vier broers, altijd druk bezig om dat baby’tje te verzorgen terwijl mijn broers er enorme lol in hadden om die kleedjes van die baby te verstoppen tot groot verdriet van mij. Terwijl ik een speciaal donsje had uitgezocht, voor de baby omdat ie het niet koud mocht hebben, als kind geloofde ik daar natuurlijk in. En dat was voor mijn broers altijd verschrikkelijk. Voor mijn broers was dat zoiets van dat stomme meisjes gedoe.
En ik weet nog dat we een hele grote kerststal hadden met grote beelden, we hadden ook drie prachtige koningen. En we konden niet wachten tot de Driekoningen, op zes januari, kwamen want dan mochten we die neerzetten in de kerststal. Daar waren we dan mee aan het spelen alsof het treintjes waren. De kerst zit nog altijd in mijn herinnering als een heel warm gebeuren en als ik dan door de stad rondloop en ik zie dan de kerstallen en ik zie dan de sfeer, de kinderen, de ouders. dan komt er heel diep in mij dat hele oude verhaal naar boven. En daar, ja, dat zit eigenlijk in mij en ik denk dat zal altijd zo blijven. Het is voor mij een hele mooie herinnering!
Twentse bakworst na de nachtmis
Moe, maar voldaan aan het kerstontbijt na de nachtmis
We gingen met het hele gezin naar de nachtmis om vervolgens heerlijk te smullen van Twentse bakworst.