La Faba

Emotioneel

Mijn vrouw en ik zijn vanuit Menton (Italiaans-Franse grens) vertrokken en van daar uit was het op een haar na 2000km. naar Finisterre. Wij zijn deze pelgrimage geheel onwetend ingegaan maar door bijzondere ontmoetingen en ervaringen zijn wij onderweg steeds rijker geworden.

S6001049

We zijn op 6 april vertrokken en onze eerste grote etappe was van Menton naar Arles (Via Aurelia oftewel de GR653A). Een stuk van 400 km dat echter niet geheel (je kunt wel zeggen, in het geheel niet op een aantal stukken na) was bewegwijzerd zodat we wel -denk ik- ongeveer 500 km hebben gelopen. In april was het ook nog eens zeer warm voor de tijd van het jaar. Op een gegeven moment, na het laatste dorp voor Arles, was er geen markering meer te vinden en hebben we enige uren in de wildernis en in de hitte rondgedwaald. Hier was het dat ik, nadat ik mijn laatste water aan mijn vrouw had gegeven, zo'n dorst had dat ik water heb gedronken uit een pomp die midden in de bossen stond.

Drie weken later ondervond ik hiervan de gevolgen. Acute opname in het ziekenhuis in Castres en een, je kunt wel zeggen, bijna-dood-ervaring. Hartvliesontsteking in heel erge mate en dit dus na het drinken van verontreinigd water, drie weken eerder.Volgens mijn specialisten heb ik dankzij mijn goede conditie heel erg veel geluk gehad. Na drie dagen op intensive care aan de morfine te hebben gelegen en daarna nog eens drie dagen aan een infuus met paracetamol, mocht ik het ziekenhuis verlaten. In principe moesten we naar huis terugkeren om te rusten, want doorgaan was zeer gevaarlijk. De ontsteking kon alleen genezen met veel medicijnen en rust. Na met mijn vrouw Fon te hebben overlegd, vertelden we de specialist dat we doorgingen naar Santiago...of ik zou in het geheel niet aankomen. (In volkstaal heet dat 'de dood of de gladiolen'). Moeilijke beslissing, maar naar dit ogenblik hadden we 35 jaar naartoe geleefd. Dit was onze droom en niemand of niets kon en mocht onze droom verstoren.
De specialist drukte me op het hart om eerst 2 weken volledige rust te nemen. Ik mocht zelfs niet de 800 meter lopen naar het hotel waar mijn vrouw verbleef gedurende mijn ziekenhuisopname. De dokter keek erop toe dat ik daadwerkelijk met de taxi vertrok.

Enfin na wat rust genomen te hebben in Lourdes en Oloron Sainte Marie zijn we toch maar op ons gemak verder gelopen, te beginnen met wat kortere afstanden. Allengs werden deze weer langer totdat we iedere dag gemiddeld 25 tot 30 kilometer liepen.
Op een gegeven moment liepen we van Itero de la Vega naar Carrion de Los Condes, een afstand van rond de 30 km.
Alles ging goed en eenmaal in het dorp aangekomen op ongeveer 200 meter voor onze overnachting bij de nonnen kwam mijn vrouw zwaar ten val. Haar neus was er bijna af door het stalen montuur van haar bril welke door al het vlees heen was gesneden. Haar hele gezicht open en bloeden als een rund.
Een vriendelijke Spaanse jongeman kwam ons meteen te hulp en gelukkig sprak hij ook redelijk goed Engels. Hij bracht ons naar een Eerste Hulp Post, maar daar konden ze niets doen. We moesten naar Palencia. Er werd een ambulance gebeld en intussen ging ik onze rugzakken, samen met de jongeman, naar de nonnen brengen en heb daar het hele verhaal uitgelegd. Teruggekomen stond de ambulance al klaar en met loeiende sirenes 40 km naar het ziekenhuis in Palencia.
Daar werden de neus er weer aangehecht en de overige wonden behandeld. Na een 5-tal uren weer met dezelfde ambulance terug naar Carrion de los Condes waar de nonnen tegen ons zeiden, dat we zo lang mochten blijven als we wilden. Heel lief.

Na de 2e nacht daar zijn we echter verder getrokken met de bedoeling om de hechtingen in Leon eruit te laten halen in een groot ziekenhuis. Daar aangekomen mochten ze er nog niet uit omdat het nog niet geheel was genezen. Waren dus verplicht om in Leon te blijven en na 5 dagen mochten de hechtingen er pas uit. In La Faba, een kilometer of 4 onder de Cebreiro zijn we gestopt omdat we de zonsopgang willen zien van de OÇebreiro. 'sAvonds deed een Pater, die iedere dag met zijn auto omhoog kwam rijden naar dit kerkje, de mis in het Spaans. Deze werd simultaan vertaald in het Duits, Engels en Frans door Harrie en zijn Duitse vriendin, de zeer vriendelijke hospitaleros. Op een gegevens moment vroeg de pater om een 6-tal vrijwilligers; mijn vrouw en ik boden ons spontaan aan. We moesten op een stoel voor in de kerk gaan zitten, kregen een bak met water en moesten de voeten van een andere vrijwilliger wassen. Hierna moest eenieder het verhaal vertellen over hoe men zijn of haar pelgrimstocht beleefd had. Bij deze gelegenheid schoten de tranen bij mijn vrouw en mij in de ogen. Zo emotioneel was het vertellen van onze reis met tegenslagen en ons doorzettingsvermogen om tegen elke prijs ons doel te bereiken.

Onze drie kinderen zouden 16 juli in Sanntiago zijn om ons te verwelkomen maar aangezien we uiteindelijk toch nog veel te snel waren geweest, besloten we om, nadat we op 8 juli in Santiago waren aangekomen, de volgende dag al weer door te lopen naar Finisterre. Hier aangekomen hebben we nog van een aantal heerlijk ontspannen dagen genoten. We hebben ook nog de zon in de zee onder zien gaan bij Cabo Finisterra, 's avonds om 22.00 uur.

Op 16 juli zijn we met de bus teruggegaan naar Santiago waar ons wederom een emotionele hereniging met onze drie kinderen wachtte.
Wij kijken met weemoed terug op onze reis en danken God nog iedere dag dat Hij ons hier veilig doorheen heeft geloodst. Onze volgende plannen liggen ook weer klaar en als Hij het wil: dan willen we in 2013 vanuit Sevilla naar Santiago gaan lopen.

Alle rechten voorbehouden