Glenisson en Van Genechten (uitgever), 1860-1880
Museum Catharijneconvent, Utrecht, RMCC g295
Kinderprent met Driekoningenfeest
Op deze kinderprent zijn verschillende Driekoningentradities uitgebeeld. Aan de linkerzijde van de afbeelding staan drie kaarsjes op de grond, dit verwijst naar het ‘kaarsjesspringen’. Bij dit spel moeten kinderen over de kaarsjes heen springen of huppelen, zonder zich te verbranden, maar ook zonder de kaarsjes hierbij uit te waaien of om te gooien. Hier hoorden verschillende versjes bij.
Koning voor een dag
Aan de rechterkant van de prent zien we een jongetje met een kroon op zijn hoofd. Hij heeft de kroon gewonnen en mag hem de hele dag dragen. Hij is de 'koning' en mag bepaalde dingen zelf bepalen, bijvoorbeeld er die avond op tafel zal staan. Kinderen kunnen de kroon op diverse manieren winnen, zoals het vinden van een boon of een porseleinen Driekoningenpoppetje in een stuk koek of brood. Ook kan de kroon gewonnen worden door het trekken van lootjes of via een dobbelspel.