Ik ben Werend Griffioen, ik woon in Utrecht. Toen ik een jaar of zestien was vond ik op straat een gebroken beeldje, was doormidden gebroken. Het lag in de stromende regen. Het was vies, er zaten herfstbladeren op en ik raapte de twee stukken op en zag dat het een Mariabeeldje was. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om dat te laten liggen op straat. Dat het dan door de straatvegers op een gegeven moment opgeruimd zou worden.
Dus ik heb het meegenomen naar huis. Ik heb het helemaal schoongewassen en ik heb het met bizonkit of zoiets heb ik het aan elkaar gelijmd. En dat beeldje hangt toch - ik ben nu over de zestig - het hangt nu nog steeds boven de schoorsteenmantel. En elk jaar komt er een buxustakje aan om achter te zetten. Het beeldje is eigenlijk niet heel bijzonder mooi. Het is kitscherig, het is beetje zoetige smaak. Het is met een zoetige smaak gemaakt. Het is rood gelakt en een dikke laag vernis erop, maar het Madonnabeeldje is mij altijd lief gebleven en het hangt er nog steeds en op die manier geef ik toch wat eer aan Maria.
Transcriptie: Annemieke Dannenberg